De klassieke economen (Smith) gaan uit van de
micro-economie (alle markten dus vermogens-, arbeids- en goederenmarkt hebben hun eigen marktmechanisme, en samen bepalen die hoe de economie ervoor staat.
Dus vanuit de markten gekeken, vandaar dat dit aanbodeconomen genoemd worden.
Keynes, als moderne econoom, beschouwd de markt als één geheel (macro-economie). Zij vinden dat vanuit de totale mart er een grote vraag naar goederen en diensten moet komen door de bestedingen op te voeren. Hierdoor wordt de werkloosheid sneller opgelost en kan er door meer inkomen er nog meer besteedt worden.