H5 vragen over functies van tekstgedeelten en vragen over tekstdoel/tekstsoort/hoofdgedachte


Welkom 
h5c!
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson


Welkom 
h5c!

Slide 1 - Slide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Korte herhaling vorige lessen
  3. Vragen over de functies van tekstgedeelten
  4. Vragen over het tekstdoel / tekstsoort / hoofdgedachte van de tekst
  5. Samenvattingsvragen
  6. Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Slide

10 minuten lezen

Slide 3 - Slide

Wat doe je als je op je een moeilijk woord tegenkomt in een examentekst?

Slide 4 - Open question

Hoe pak je een examentekst aan?

Slide 5 - Open question

Wat zijn 'kopjesvragen'? Wat wordt er bij dit soort vragen van je verwacht?

Slide 6 - Open question

Waar of niet waar?
Als er in de vraag staat dat je moet citeren is het voldoende als je het eerste en het laatste woord overneemt.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Waarom kun je het beste bij open vragen een deel van de vraag in je antwoord herhalen?

Slide 8 - Open question

Lees tekst 3 Dienstplicht voor vrouwen is geen emancipatie

Lees met je markeerstift en let tijdens het lezen op kernzinnen, signaalwoorden en de structuur van de tekst!

Slide 9 - Slide

Vragen over de functies van tekstgedeelten

Drie soorten vragen:
(1) verband tussen alinea's
(2) functies van alinea's
(3) functie van zinnen binnen een alinea

Slide 10 - Slide

Vragen over de functies van tekstgedeelten

Let vooral op signaalwoorden bij het beantwoorden van dit soort vragen. 

Slide 11 - Slide

Vragen over de functies van tekstgedeelten

En: denk logisch na
Bepaalde alinea's in een tekst hebben altijd bepaalde functies (bv. de inleiding of het slot) + zinnen zijn een logische opvolging van elkaar, dus ook de functies (bv. na een standpunt komt een argument). 

Slide 12 - Slide

Vragen over de functies van tekstgedeelten

Een overzicht van de functiewoorden is te vinden op p. 242-243 van je oefenboek.

Slide 13 - Slide

Wat is de functie van alinea 4 ten opzichte van alinea 3?
A
constatering
B
conclusie
C
verklaring
D
inperking

Slide 14 - Quiz

De eerste alinea van een tekst kan verschillende onderdelen bevatten, zoals:
1 de aanleiding voor het schrijven van de tekst;
2 een anekdote om de belangstelling te wekken;
3 een constatering die in de tekst uitgewerkt wordt;
4 een overzicht van historische ontwikkelingen;
5 het standpunt dat in de tekst centraal staat.
Welke twee van de bovengenoemde onderdelen zijn terug te vinden in alinea 1 van tekst 3?

Slide 15 - Open question

Vragen over het tekstdoel / tekstsoort / hoofdgedachte van de tekst

Je krijgt op het examen/aankomende toets sowieso een vraag naar het tekstdoel, de tekstsoort of de hoofdgedachte van de tekst. 

Slide 16 - Slide

Vragen over het tekstdoel / tekstsoort / hoofdgedachte van de tekst

(1) Bekijk de op de voorkeursplaatsen nogmaals (titel, inleiding en slot)
(2) Bekijk de bron (waar komt de tekst vandaan?)
(3) Bekijk de soort vragen bij de tekst (bv. Veel vragen over argumentatie? Dan heb je vaak te maken met een betoog)

Slide 17 - Slide

Wat is het tekstdoel van tekst 3?



A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
opiniëren

Slide 18 - Quiz

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: donderdag 9 januari
  • Huiswerk: leren LessonUps (zie Teams)
  • Meenemen: LAPTOP, leesboek en markeerstift
  • Programma: samenvattingsvragen, vragen over taalgebruik en argumentatie

Slide 19 - Slide