This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
In een samengestelde zin staat
meer dan één persoonsvorm. Het zijn eigenlijk twee losse zinnen die aan elkaar geplakt zijn.
Om werkwoorden goed te kunnen spellen moet je eerst ontdekken welke werkwoorden in een samengestelde zin persoonsvorm zijn.
Kijk of de werkwoorden van tijd kunnen veranderen.
De werkwoorden die van tijd kunnen veranderen,
zijn persoonsvorm.
De fietser wil graag doorrijden, maar de weg is geblokkeerd.