H5 oefentoets woordenschat 3B

H5 oefentoets woordenschat 3B
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

H5 oefentoets woordenschat 3B

Slide 1 - Slide

het rendement
A
de uitwerking, de invloed, het effect
B
het resultaat dat iets oplevert vergeleken met de kosten, de winst
C
het toenemen van de grootte, bijvoorbeeld van een bedrijf
D
het gedeelte van alle kopers waaraan één bedrijf zijn producten verkoopt

Slide 2 - Quiz

de impact
A
het resultaat dat iets oplevert vergeleken met de kosten, de winst
B
iets wat volgens de wet niet mag
C
de uitwerking, de invloed, het effect
D
een slechte ontwikkeling die steeds slechter wordt

Slide 3 - Quiz

de duurzaamheid
A
het gedeelte van alle kopers waaraan één bedrijf zijn producten verkoopt
B
iets wat volgens de wet niet mag
C
de uitwerking, de invloed, het effect
D
de aandacht voor mens en milieu

Slide 4 - Quiz

de donateur
A
iemand die een abonnement heeft, bijvoorbeeld op een tijdschrift
B
iemand die geld of iets anders geeft voor een (goed) doel
C
iemand laten weten of laten zien wat hij (fout) heeft gedaan
D
iemand vertellen over de problemen die je hebt

Slide 5 - Quiz

illegaal
A
een slechte ontwikkeling die steeds slechter wordt
B
van nu, op dit moment
C
je betrokken voelen bij je omgeving en de samenleving
D
iets wat volgens de wet niet mag

Slide 6 - Quiz

de campagne
A
ergens mee in aanraking komen
B
grote actie om reclame te maken of te protesteren
C
iemand laten weten of laten zien wat hij (fout) heeft gedaan
D
geld inzamelen voor een (goed) doel

Slide 7 - Quiz

de efficiëntie
A
zoveel mogelijk bereiken met zo weinig mogelijk middelen
B
iets wat volgens de wet niet mag
C
de uitwerking, de invloed, het effect
D
het toenemen van de grootte, bijvoorbeeld van een bedrijf

Slide 8 - Quiz

uitbuiten
A
het resultaat dat iets oplevert vergeleken met de kosten, de winst
B
iemand meer voor je laten werken dan goed is voor die persoon
C
een slechte ontwikkeling die steeds slechter wordt
D
door slimheid of geweld mensen overhalen om iets te doen

Slide 9 - Quiz

de maatschappelijke betrokkenheid
A
door slimheid of geweld mensen overhalen om iets te doen
B
een slechte ontwikkeling die steeds slechter wordt
C
je betrokken voelen bij je omgeving en de samenleving
D
reclame maken voor iets

Slide 10 - Quiz

ronselen
A
door slimheid of geweld mensen overhalen om iets te doen
B
reclame maken voor iets
C
je betrokken voelen bij je omgeving en de samenleving
D
iemand vertellen over de problemen die je hebt

Slide 11 - Quiz

de negatieve spiraal
A
een lagere positie geven of krijgen
B
het gedeelte van alle kopers waaraan één bedrijf zijn producten verkoopt
C
de uitwerking, de invloed, het effect
D
een slechte ontwikkeling die steeds slechter wordt

Slide 12 - Quiz

uitbuiten

A
door slimheid of geweld mensen overhalen om iets te doen
B
het gedeelte van alle kopers waaraan één bedrijf zijn producten verkoopt
C
iemand meer voor je laten werken dan goed is voor die persoon
D
de uitwerking, de invloed, het effect

Slide 13 - Quiz

promoten

A
je betrokken voelen bij je omgeving en de samenleving
B
reclame maken voor iets
C
van nu, op dit moment
D
zoveel mogelijk bereiken met zo weinig mogelijk middelen

Slide 14 - Quiz

huidig

A
je betrokken voelen bij je omgeving en de samenleving
B
iemand vertellen over de problemen die je hebt
C
iets wat niet echt is, maar het wel lijkt
D
van nu, op dit moment

Slide 15 - Quiz

welke tekstsoorten of
tekstdoelen ken je?

Slide 16 - Open question

maar
A
conclusie
B
oorzaak/ gevolg
C
voorbeeld

Slide 17 - Quiz

ook
A
conclusie
B
oorzaak/gevolg
C
voorbeeld

Slide 18 - Quiz

want
A
conclusie
B
oorzaak/ gevolg
C
voorbeeld

Slide 19 - Quiz

dus
A
conclusie
B
oorzaak/gevolg
C
voorbeeld

Slide 20 - Quiz

ik ben goed voorbereid
jazeker, alles goed
voldoende
een beetje
nee

Slide 21 - Poll