Poëzie behorende bij les 17 & 18 - 2023

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 13 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Het mondeling 
- analyse van een gedicht (voorbereidingstijd twintig minuten voorafgaand aan het mondeling) 
- analyse van 9 moderne werken 
- analyse van 3 historische werken
- literatuurgeschiedenis 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoe bereid je je voor? 
- Herhalen theorie poëzieanalyse
- Herhalen literatuurgeschiedenis 
- Herhalen begrippen verhaalanalyse 
- Herhalen inhoud gelezen werken en voorbereiden van analyse en interpretatie 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeldvragen 'Dagen van gras' 
- Wie is de hoofdpersoon in dit verhaal?
- Vanuit welk perspectief is het verhaal geschreven?
- Beschrijf de relatie tussen de hoofdpersoon en zijn beste vriend Sam. 
- Denk je dat alles in dit verhaal zo gebeurd is als je het leest?
- Wat zou de reden kunnen zijn dat Ben last heeft van psychische klachten?
- Welke thema's herken je in dit verhaal? 
- Heeft het boek een motto? Zo ja, wat betekent dit motto denk je? 
- Wat is denk je de boodschap van dit boek?
- Wat is de betekenis van de titel? 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Poëzie 
Een gedicht is een schilderij in woorden, met een idee erachter.


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Op een eendagsvlieg


‘Ach,’ sprak een eendagsvlieg te Doorn,
‘hoe heerlijk is het ochtendgloren
en hoe verrukkelijk het uur
waarop het laaiend zonnevuur
verstild ter kimme wordt gedreven!
Men moest twee dagen kunnen leven.’

Kees Stipt 


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Poëzie 
Het analyseren en interpreteren van een gedicht is op de eerste plaats niets anders dan een gedicht lezen en herlezen om het te begrijpen.

Welke tools heb je om een gedicht te analyseren? 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Welke tools heb je al om een gedicht te analyseren?

Slide 8 - Mind map

This item has no instructions

Waar let je op bij poëzieanalyse?
1. Taalkundige kenmerken (zinsbouw, woordkeuze, betekenissen woorden, werkwoordstijden, ambiguïteit) 
2. Poëtische kenmerken (metaforen, rijm, bladspiegel, strofes, enjambement, herhaling, het symbolisch gebruik van interpunctie)
3. Context (kennis over de auteur, de dichtbundel, de tijd waarin het gedicht verschenen is)
4. Inkleuring van de lezer: interpretatie als spiegel van het eigen ik 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Verschillende betekenislagen 
- anekdotisch 
- psychologisch 
- filosofisch
- poëticaal 

Slide 10 - Slide

anekdotisch = refererend aan de werkelijkheid.
psychologisch = 
filosofisch = 
poëticaal = 
1. Lees het gedicht eerst helemaal
2. Welke poëtische kenmerken herken je? (beeldspraak, stijlfiguren) 
3. Welk idee zit er achter dit 'schilderij in woorden'? 
Tekst

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Resterende deel van de les:
Maak je weektaak verder af. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Tot morgen ! 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions