This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Les 8
§3.4 (deel 1)
Slide 1 - Slide
Hoi,
Deze les gaat over het toerisme in Gambia.
Slide 2 - Slide
Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je uitleggen...
... waarom Gambia interessant is voor toeristen.
... wat massatoerisme is.
... wat directe en indirecte werkgelegenheid is.
... wat de informele sector inhoudt.
Slide 3 - Slide
Gambia is een arm land.
Welke bevolkingskenmerken horen meestal bij een arm land?
Beantwoord de volgende 3 meerkeuzevragen.
Slide 4 - Slide
In arme landen is de bevolking meestal...
A
jong.
B
oud.
Slide 5 - Quiz
In arme landen werken de meeste mensen in de ...
A
dienstensector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
primaire sector
Slide 6 - Quiz
Het ontwikkelingspeil van een land is laag als...
A
Het inkomen van mensen laag is
B
Als mensen niet goed kunnen voorzien in hun basisbehoeften
C
A en B zijn beide juist.
Slide 7 - Quiz
Gambia is arm, heeft een laag ontwikkelingspeil, maar heeft ook kansen.
Bijvoorbeeld op het gebied van toerisme.
Slide 8 - Slide
Bekijk het klimaatdiagram. Wanneer is een ideaal moment om naar Gambia op vakantie te gaan?
A
In de zomer
B
In de winter
Slide 9 - Quiz
Toerisme in Gambia
Sinds 1990 is het toerisme erg belangrijk geworden voor de economie.
Gambia heeft mooie stranden en een prettig klimaat.
Vooral toeristen uit Nederland en Groot-Brittannie.
25% van het bnp wordt verdiend aan toeristen.
Slide 10 - Slide
Bekijk de grafiek hiernaast. Wat is waar?
A
In 1995 waren er 500.000 toeristen in Gambia.
B
In 2014 waren er 3,5x zoveel toeristen als in 1995.
C
Het aantal toeristen groeit ieder jaar.
D
In 2013 waren er 150.000 toeristen.
Slide 11 - Quiz
Toerisme is goed voor de economie
Het zorgt voor:
directe werkgelegenheid
indirecte werkgelegenheid
Slide 12 - Slide
Directe werkgelegenheid
'werkgelegenheid die voortkomt uit een bepaalde activiteit'.
→ werk waarbij je rechtstreeks contact hebt met toeristen.
Slide 13 - Slide
Indirecte werkgelegenheid
'Extra werkgelegenheid die niet direct ontstaat door een bepaalde activiteit, maar die daaruit voortvloeit'.
→ bedrijven die dankzij het toerisme extra werk hebben.
Slide 14 - Slide
Maak de sleepvraag op de volgende slide.
Slide 15 - Slide
Directe werkgelegenheid
Indirecte werkgelegenheid
kamermeisje hotel
bakker
architect die een hotel ontwerpt
Slide 16 - Drag question
Zoek op internet een foto over het toerisme in Gambia en voeg hem hier toe.
Slide 17 - Open question
Massatoerisme (B220)
4 kenmerken:
Er is een hoogseizoen - een aantal maanden waarin er heel veel toeristen zijn.
Grote internationale bedrijven spelen een hoofdrol.
Mensen regelen vakantie bij grote reisorganisatie
Massatoerisme bepaald de inrichting van een gebied.
Slide 18 - Slide
Wat denk je, heeft Gambia massatoerisme?
A
Nee
B
Ja
Slide 19 - Quiz
Geef een eigen voorbeeld van massatoerisme.
Slide 20 - Open question
Informele sector
'Ongeschoold, slecht betaald werk in de dienstensector'.
50% van de bevolking in Gambia is werkloos en veel mensen verdienen daarom wat geld door kleine klusjes te doen, goenten uit eigen tuin te verkopen of sigaretten te verhandelen.
Slide 21 - Slide
Opdracht 1
Maak nu in de Geo online §3.4: opdr. 1 tot en met 3.