Staal blok 5 week 4 Werkwoorden

1 / 15
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 7

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

werkwoorden
tegenwoordige tijd
verleden tijd
voltooide tijd

Slide 2 - Slide

Werkwoorden week 4 blz 71

Slide 3 - Slide

Bij welke werkwoordsvorm horen deze regels?
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 4 - Quiz

Bij welke werkwoordsvorm horen deze regels?
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 5 - Quiz

Wat is hetzelfde als de stam?
A
het hele werkwoord -en
B
de ik-vorm
C
het hele werkwoord
D
de tegenwoordige tijd

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Tegenwoordige tijd of verleden tijd?

Maar gisteren huilde Anne daardoor.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 8 - Quiz

jij steeg
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 9 - Quiz

Paul heeft gefloten
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 10 - Quiz

De jongen redde de hond.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 11 - Quiz

De coach wisselt de speler.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voltooide tijd

Slide 12 - Quiz

Gewandeld is een...
A
persoonsvorm
B
onderwerp
C
voltooid deelwoord
D
gezegde

Slide 13 - Quiz

Zelfstandig aan de slag
Jullie gaan nu zelfstandig aan de slag met de les uit je werkboek en de online Gynzyles. 
Mocht je nog vragen hebben dan zie ik je graag tussen 11-12u online.
Heel veel succes!!! 
Op de volgende slide komt het werkwoordschema te staan.  Gebruik deze tijdens het maken van je les!

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide