Toets Hoofdstuk 4 (deel 1)

H4 Kies je voor zekerheid?
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H4 Kies je voor zekerheid?

Slide 1 - Slide

Wat wordt er bij verzekering bedoeld met een onzeker voorval?

Slide 2 - Open question

Wat is GEEN voorbeeld van een onzeker voorval?
A
inbraak
B
ongeluk
C
vernielen
D
blikseminslag

Slide 3 - Quiz

Wat is een polis?
A
De kans dat je schade hebt
B
Een bewijsstuk van de verzekering.
C
Iemand uit Polen
D
Een verzekeraar

Slide 4 - Quiz

Wie betaalt de premie?
A
de verzekeraar
B
de verzekerde

Slide 5 - Quiz

Een ander woord voor verzekeringsmaatschappij is ?
A
verzekeraar
B
verzekerde

Slide 6 - Quiz

Wanneer je een deel van de schade zelf betaalt heet dat ...
A
Verplicht risico
B
Eigen keuze
C
Eigen risico
D
Risico premie

Slide 7 - Quiz

Een opstalverzekering is verplicht bij een ....
A
huurhuis
B
koophuis

Slide 8 - Quiz

Noor sluit voor haar vrijstaand huis een verzekering van €540.000 af. Afgelopen weekend valt een boom op haar huis. En ze heeft een schade van€ 145.000. Alleen blijkt haar herbouwwaarde € 610.000. Berken hoeveel schade ze daadwerkelijk uitgekeerd krijgt.

Slide 9 - Open question

Thomas sluit een fietsverzekering af.
De premie bedraagt € 144 per jaar. De poliskosten zijn € 7,50. Uiteraard moet hij ook assurantiebelasting (21%) betalen.
Bereken de verzekeringskosten per jaar.

Slide 10 - Open question

Een WA verzekering. Welke bewering is onjuist?
A
Is niet verplicht in Nederland
B
Wettelijke aansprakelijkheidsverzekering
C
Dekt schade, toegebracht aan anderen
D
Moet een zwembad afsluiten.

Slide 11 - Quiz

Noem drie voorbeelden die de hoogte van een autoverzekering bepaald?

Slide 12 - Open question

Wat is no-claim korting?

Slide 13 - Open question

Bekijk de tabel.
Op welke trede sta je als je 10 schadevrije
jaren hebt?

Slide 14 - Open question

Welke waarde bepaalt de hoogte van de premie bij de cascoverzekering?
A
Nieuwbouwwaarde
B
Nieuwwaarde
C
Cataloguswaarde
D
Herbouwwaarde

Slide 15 - Quiz

We hebben in Nederland de Zorgverzekeringswet.

Welke van onderstaande beweringen over de basisverzekering is ONJUIST ?
A
De basisverzekering is verplicht.
B
Bij de basisverzekering krijgt iedereen zorgtoeslag
C
Bij de basisverzekering zit een verplicht eigen risico.
D
Jongeren onder de 18 jaar zijn gratis meeverzekerd bij de ouder(s)

Slide 16 - Quiz

Wat is zorgtoeslag?
A
een bedrag dat verzekeraars betalen
B
een bedrag dat de verzekernemer betaald
C
een bedrag dat je betaalt wanneer je zorg gebruikt
D
een bedrag dat de belastingdienst betaald

Slide 17 - Quiz

Femke verdient in 2020 € 18.000,-. Zij betaalt elke maand een zorgpremie van € 109,35. Zij krijgt per maand € 70 aan zorgtoeslag terug. Hoeveel procent van haar zorgpremie kan Femke betalen met haar zorgtoeslag?

Slide 18 - Open question

Welke verzekeringen zijn verplicht en welke zijn vrijwillig?
VERPLICHT
VRIJWILLIG
Aansprakelijkheidsverzekering
Zorgverzekering
Inboedelverzekering
Autoverzekering WA
Reisverzekering

Slide 19 - Drag question

Maarten heeft zijn fiets voor € 1.200 verzekerd. Na 2,5 jaar wordt zijn fiets gestolen.
Lees het onderstaande stukje uit de polisvoorwaarden van zijn fietsverzekering bij Unigarant en bereken het bedrag dat Maarten krijgt uitgekeerd.

In het tweede jaar keert Unigarant 75% van het verzekerde bedrag uit. In het derde jaar is de uitkering 50% van het verzekerd bedrag.
Het eigen risico bedraagt € 75 per gebeurtenis.

Slide 20 - Open question