paragraaf 1 + introductie hoofdstuk 2

1 / 34
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Er verdampt water en hier wordt energie door opgeslagen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Opdracht zaklamp
1) pak je mobiel + een leeg blad
2) houd je mobiel 3 - 4 cm rechtsboven het lege blad met de zaklamp aan
3) teken de omtrek van het rondje op je lege blad
4) houd je mobiel nu iets schuiner en teken weer het rondje na
5) leg uit wat er is gebeurd?

Slide 8 - Slide

Wat gebeurt er met water als luchtlaag waarin het water zich bevindt wordt verwarmd?
A
Het blijft liggen in de zee of meren
B
Het verdampt en stijgt mee in de lucht

Slide 9 - Quiz

Wat voor invloed heeft de zon op het water op aarde?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Link

Welke vorm van neerslag ontstaat er vooral in berggebieden?
A
stijgingsneerslag
B
stuwingsneerslag
C
frontale neerslag

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Hoe ontstaat ook alweer frontale neerslag?
A
Door sterke opwarming van de lucht door zon
B
Door gebergten die de lucht doen opstijgen
C
Door sterke verdamping van de lucht
D
De botsing van koude en warme lucht

Slide 18 - Quiz

Stijgingsneerslag
Frontale neerslag
Stuwingsneerslag

Slide 19 - Drag question

De drie soorten neerslag zijn...

Slide 20 - Open question

Sleep de woorden naar de goede plek in de tekening
Loefzijde
Lijzijde
Stuwingsregen
Regenschaduw

Slide 21 - Drag question

Terug naar deze ...

Slide 22 - Slide

Wat betekent eigenlijk de - (L) van de vorige dia?
antwoord
Er is een tekort aan luchtdeeltjes op deze plek
Er zijn teveel luchtdeeltjes aanwezig op deze plek

Slide 23 - Drag question

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Welke twee onderdelen van de waterkringloop behoren tot de KORTE waterkringloop
A
Afstroming en condensatie
B
Afstroming en infiltratie
C
Condensatie en verdamping
D
Verdamping en infiltratie

Slide 28 - Quiz

In een waterkringloop onderscheiden we:
1. condensatie
2. infiltratie
3. neerslag
4. ondergrondse afstroming
5. verdamping

Welke stappen vinden achtereenvolgens plaats in de waterkringloop als je begint bij oceanen en zeeën?
A
1 - 3 - 4 - 2 - 5
B
1 - 5 - 3 - 4 - 2
C
5 - 4 - 1 - 3 - 2
D
5 - 1 - 3 - 2 - 4

Slide 29 - Quiz

Rond de evenaar is er veel stijgingsneerslag omdat
A
Er weinig verschillende seizoenen zijn
B
De zonkracht hier voor veel opstijgende lucht zorgt
C
Door de windrichting vanuit zee
D
Er veel planten en bomen aanwezig zijn

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide