Egypte 1

Egypte en de Nijl
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Egypte en de Nijl

Slide 1 - Slide

Leerdoel
  • je weet wat irrigatielandbouw is en de gevolgen hiervan
  • je weet hoe het komt dat er verschillen in macht, rijkdom en aanzien zijn ontstaan
  • je weet hoe het komt dat er bestuur is ontstaan

Slide 2 - Slide



Eerste bewoners trekken achter hun dieren aan
en komen uit langs de oevers van de Nijl

Slide 3 - Slide

Van de zwarte periode...
...naar de groene periode

Slide 4 - Slide

En van de groene periode...
...naar de gele periode.

Slide 5 - Slide

Zwarte periode
  • september-december

  • Tijd van de overstroming van de Nijl

  • Op het land kan niet worden gewerkt

  • Meehelpen aan de bouw van bijvoorbeeld de piramides en de tempels (belasting betalen)

Slide 6 - Slide

Groene periode
  • januari-april

  • Het water in de Nijl daalt en er blijft modder achter.

  • Graan en andere planten blijken goed in de modder te groeien.

  • Daarom is de groene periode de tijd van het zaaien en bewerken van het land

Slide 7 - Slide

Gele periode
  • mei-augustus

  • Tijd van het oogsten (graan)

  • De opbrengst van de oogst wordt bijgehouden en opgeschreven.

  • Voorraden worden aangelegd

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Landbouwsamenleving
  • Graanopbrengsten zijn groot genoeg, zodat niet iedereen meer boer hoeft te zijn

  • Er ontstaan nieuwe beroepen: ambachtslieden, schrijvers, ambtenaren, enz.

  • Er ontstaan ook meer verschillen in aanzien.

Slide 10 - Slide

En vooral: samenwerken!
  • Hiervoor heb je een leider nodig

  • Elke stam heeft een leider (dorpshoofd)

  • Die dorpshoofden krijgen ruzie met elkaar

  • Uiteindelijk blijft er één leider over: de farao ('Groot Huis')

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Hiërogliefen
  • Egyptische schrift, dat bestaat uit pictogrammen

  • De naam hiërogliefen is Grieks en betekent: 'heilige groeven'. 

  • De Egyptenaren noemen ze zelf: Medu Netjer ('Goddelijke Woorden')

  • Hiërogliefen werden gebeiteld in rots of geschreven op papyrus

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video