Thema 2.1 DNA & 2.2 DNA replicatie - pls1337

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Thema 2: DNA

Voor deze les een demonstratie met een kaars doen.

Misschien ook een pinda?

Teken zelf Mitose (wat je er nog van weet) en maak een foto. Let op! geef aan hoeveel chromosomen er op elk moment zijn

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan ik...

1. Waar zit DNA allemaal in?
2. Wat is DNA en waar zit het?

Begrippen

DNA, genoom, kernDNA, mtDNA, plasmiden, nucleïnezuur, nucleotide, desoxyribose, adenine (A), thymine (T), cytosine (C), guanine (G), enkelstrengs DNA, basenparing, basenpaar, dubbelstrengs DNA, helixstructuur, sequentie, gen, niet-coderend DNA, repetitief DNA,

S-fase, DNA-replicatie, vrije DNA-nucleotiden, DNA-polymerase, chromatiden, telomeer, DNA-analyse, sequensen

Samen Opd. 1-3 maken

Overzicht: Waar vinden we DNA?

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

Mitochondrial DNA Variation in Human Radiation and Disease - Wallace 2015

Overzicht: DNA

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

Overzicht: DNA

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

Overzicht: DNA

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

Thema 2: Replicatie

Voor deze les een demonstratie met een kaars doen.

Misschien ook een pinda?

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan ik...

1. Waarom heb je DNA replicatie 
2. Hoe werk DNA replicatie

Begrippen

DNA, genoom, kernDNA, mtDNA, plasmiden, nucleïnezuur, nucleotide, desoxyribose, adenine (A), thymine (T), cytosine (C), guanine (G), enkelstrengs DNA, basenparing, basenpaar, dubbelstrengs DNA, helixstructuur, sequentie, gen, niet-coderend DNA, repetitief DNA,

S-fase, DNA-replicatie, vrije DNA-nucleotiden, DNA-polymerase, chromatiden, telomeer, DNA-analyse, sequensen

Samen Opd. 6-9 maken

Celdeling

Een ander woord voor mitose is de gewone celdeling. Mitotische delingen vinden plaats in alle cellen en weefsels van het lichaam. Door één mitotische deling ontstaat er uit één diploide modercel twee diploide dochtercellen. Mitose vindt in het lichaam plaats voor groei van het organisme, vervanging van afgestorven cellen in het organisme en voor het herstellen van beschadigd weefsel.

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

Celdeling

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

DNA-Replicatie

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

DNA-Replicatie

Vul voor jezelf aan

Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym

Active centrum: waar substraat bind met enzym

reactieproduct: wat uit de reactie komt

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan ik...

1. Waarom heb je DNA replicatie 
2. Hoe werk DNA replicatie

Begrippen

DNA, genoom, kernDNA, mtDNA, plasmiden, nucleïnezuur, nucleotide, desoxyribose, adenine (A), thymine (T), cytosine (C), guanine (G), enkelstrengs DNA, basenparing, basenpaar, dubbelstrengs DNA, helixstructuur, sequentie, gen, niet-coderend DNA, repetitief DNA,

S-fase, DNA-replicatie, vrije DNA-nucleotiden, DNA-polymerase, chromatiden, telomeer, DNA-analyse, sequensen

Samen Opd. 6-9 maken

www.bioplek.org

Hoge hoed spel

Bij het ‘hoge hoed’ moet iedereen op briefjes allerlei zaken invullen, die in een hoed (of muts) worden gestopt. 

Je verdeelt iedereen in 2 teams. 

Vervolgens heb je 3 rondes van bv 10 minuten. 

In ronde één moeten personen uit team 1 voor de rest van team 1, wat op het briefje staat beschrijven, zonder dat woord te gebruiken. 

In ronde 2 moet dat woord worden uitgebeeld en in 

ronde 3 mag men nog maar één woord zeggen (maar dan ken je de briefjes natuurlijk al een beetje). 

Het team wat de meeste zaken weet te raden, wint.

Gebruik woordkaartje van de methode voor les 1 en 2

Wat betekent het begrip 'sequentie'

1. de volgorde van nucleotiden
2. de volgorde van nucleosomen
3. de volgorde van N-basen
4. de volgorde van genen

DNA sequensen

Hoeveel procent van ons DNA bestaat uit genen?

1. 0-5%
2. 10-50%
3. 5-10%
4. 50-80%