wk 12

Beste leerlingen van G3b,
De komende weken moet je zelfstandig aan de slag gaan met de lessen in LessonUp.
In Magister staat welke slides je per les moet maken.
Succes!
1 / 43
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Beste leerlingen van G3b,
De komende weken moet je zelfstandig aan de slag gaan met de lessen in LessonUp.
In Magister staat welke slides je per les moet maken.
Succes!

Slide 1 - Slide

Deze les maak je op donderdag 19 maart

slide 1 t/m 30

Slide 2 - Slide

Deze les ga je leren...
...hoe periode 3 eruit ziet.
...wat voor type lezer je bent.

Slide 3 - Slide

Periode 3
Week 20    Fictie: Op Niveau blok 1 t/m 5 toegepast op Het gouden ei
Week 23    Begrijpend Lezen Blok 1 t/m 5
                      Spelling: Blok 2 meervoud, verkleinwoord, trema (i.c.m. 
                      meervoud), tussenletter in samenstellingen (Blok 4)

Slide 4 - Slide

Waarom lezen mensen?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Video

Wat voor type lezer ben jij?
Er zijn 4 typen lezer:
  • de reflecterende lezer
  • de belevende lezer
  • de herkennende lezer
  • de interpreterende lezer

Slide 7 - Slide

Aan de slag!
Lees de beschrijvingen op de volgende slides.
Welk type lezer ben jij?

Dit is van belang voor de komende lessen!

Slide 8 - Slide

Reflecterend lezen 

Je bent gemotiveerd om boeken voor school te lezen. Je interesseert je vooral voor de inhoudelijke kant van de boeken: ze moeten over psychologische, maatschappelijke of historische onderwerpen gaan. Je hebt ontdekt dat boeken iets vertellen over de wereld om je heen, dat ze je helpen om je eigen ideeën te vormen. Je vindt het ook leuk om over de inhoud van boeken te discussiëren.

Belevend lezen

Eigenlijk houd je (waarschijnlijk) niet van lezen, maar goed als het dan toch moet, lees je bij voorkeur niet al te dikke jeugdboeken en het liefst boeken waarin veel gebeurt. De hoofdpersoon moet van je eigen leeftijd zijn. Jongens lezen dan graag avontuurlijke oorlogsboeken, meisjesboeken over problemen.

Slide 9 - Slide

Interpreterend lezen

Je leest ‘echte’ volwassenenboeken en je hebt ook oog voor hoe de schrijver het verhaal vertelt. De stijl en de opbouw mogen best wat ongewoon zijn, want je wil je wel aanpassen. Ook wil je wel kennismaken met enkele bekende werken uit de canon. Je hebt geleerd om zelf een oordeel te vormen over het boek, op grond van allerhande argumenten. Bovendien kun je al behoorlijk op eigen kracht doordringen in de betekenis van de tekst en het thema vaststellen. Wat je nog niet goed kunt, is overzien wat voor plaats het boek in de literatuur heeft.

Herkennend lezen

Je hebt de (grootste) tegenzin tegen lezen overwonnen en je leest met niet al te veel moeite elk jaar de verplichte boeken. Jeugdliteratuur spreekt je zeker nog aan en ook populaire series, maar boeken met volwassenen in de hoofdrol vind je ook heel aanvaardbaar. Belangrijk is wel dat je je goed met de hoofdpersoon kunt identificeren. Het boek moet ook niet al te verwarrend zijn.

Slide 10 - Slide

Vul in:

Ik ben een reflecterende / belevende / herkennende / interpreterende lezer.

Slide 11 - Open question

Er zit een bepaalde volgorde in de typen lezers



Vul de juiste volgorde in op de volgende slide.

Slide 12 - Slide

Zet in de juiste volgorde: de reflecterende lezer, de belevende lezer, de herkennende lezer, de interpreterende lezer

Slide 13 - Open question

4 typen lezer
  1. de belevende lezer
  2. de herkennende lezer
  3. de reflecterende lezer
  4. de interpreterende lezer

(5. de letterkundige lezer)
(6. de academische lezer)

Slide 14 - Slide

Het gouden ei - Tim Krabbé

Slide 15 - Slide

Het gouden ei
Lees de beschrijving van het boek op Lezen voor de lijst

Lesmateriaal: studiewijzers, Het gouden ei - leerlingmateriaal. Download dit document.

Literaire begrippen die we gaan toepassen op Het gouden ei:
Blok 1: realistisch, niet-realistisch
Blok 2: genre, beoordelingswoorden, emotieve/realistische/morele argumenten
Blok 3: hoofdpersonen, bijfiguren en hoe je deze kunt beschrijven
Blok 4: spanning en technieken om spanning op te bouwen, tijd, ruimte
Blok 5: tijd, verteltempo, vertelperspectief, verhaalbegin en verhaaleinde, thema, (leid)motief, moraal



Slide 16 - Slide

Aan de slag!
Maak de vragen op de volgende slides (17 t/m 28).

Slide 17 - Slide

Lees de eerste twee pagina's van het boek (slide 18 + 19)

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Dit fragment is...
A
realistisch
B
niet realistisch

Slide 21 - Quiz

Welke 4 vertelperspectieven ken je?

Slide 22 - Open question

Van welk vertelperspectief is sprake in dit fragment?
A
alwetende verteller
B
ik-vertelperspectief
C
hij/zij-vertelperspectief
D
wisselende perspectief

Slide 23 - Quiz

Wat betekent 'couleur locale'?

Slide 24 - Open question

Zoek op Google Maps op waar het eindpunt van DE EERSTE ETAPPE van Rex en Saskia ligt. Plak de link hieronder.

Slide 25 - Open question

Zoek op Google Maps op waar het einddoel van Rex en Saskia ligt. Plak de link hieronder.

Slide 26 - Open question

Aan welk(e) woord(en) kun je zien in welke tijd het verhaal zich ongeveer afspeelt?

Slide 27 - Open question

Lesdoelen:
Ik weet wat ik kan verwachten in periode 3
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

Lesdoelen:
Ik weet wat voor type lezer ik ben
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

Einde van deze les

Slide 30 - Slide

Deze les maak je op vrijdag 20 maart

slide 31 t/m 43

Slide 31 - Slide

Vorige les heb je geleerd...
...hoe periode 3 eruit ziet.
...wat voor type lezer je bent.

Slide 32 - Slide

Deze les ga je leren...
...om een opsporingsbericht te schrijven.

Slide 33 - Slide

Het gouden ei
Je hebt deel 1 van het boek gelezen. Beantwoord de vragen op de volgende slides.

Slide 34 - Slide

Wat is er gebeurd met Saskia? Waarom denk je dat?

Slide 35 - Open question

Wat vind je tot nu toe van het verhaal? Waarom?

Slide 36 - Open question

Waar doet het verhaal je aan denken (gebeurtenissen, andere boeken, een film/serie etc.)?

Slide 37 - Open question

Wat vind je mooi aan het verhaal tot nu toe? Leg uit.

Slide 38 - Open question

Wat vind je saai aan het verhaal tot nu toe? Leg uit.

Slide 39 - Open question

Welke vragen roept deel 1 bij je op?

Slide 40 - Open question

Wat vond je moeilijk of onduidelijk?

Slide 41 - Open question

Het gouden ei: deel 1
In deel 1 van Het gouden ei verdwijnt Saskia spoorloos.

Je gaat in deze opdracht zelf een opsporingsbericht schrijven. Maak Werkblad les 2, Opdracht personages (blz. 6 + 7).(werkboekje/leerlingenmateriaal, Studiewijzers)

Je levert deze opdracht maandag na de 'les' in via Opdrachten.

Slide 42 - Slide

Einde van deze les

Slide 43 - Slide