3.2 Verzorgingsstaat: betutteling of noodzaak?

3.2 Betutteling of noodzaak?
- De verzorgingsstaat - 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3.2 Betutteling of noodzaak?
- De verzorgingsstaat - 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugblik: 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wie moet de zorg regelen?
                          Voordeel                                        Nadeel
Overheid          Gelijkheid                                       Geen keuzevrijheid

Markt                Keuzevrijheid                                Geen gelijkheid

Particulier        Meer verbinding                            Geen ondersteuning
initiatief            tussen mensen                             voor mensen zonder                                                                                      sociaal netwerk

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen:
1. Je kan de vier functies van de verzorgingsstaat beschrijven.

2.  Je kan drie verklaringen voor het ontstaan van de verzorgingsstaat beschrijven.

3. Je kan in concrete maatschappelijke situaties beargumenteren of er volgens jou sprake is van noodzakelijk ingrijpen of onnodige betutteling. 
Programma
- Introductie a.d.h.v. een stelling.

- Ontstaan van de verzorgingsstaat.

- De functies van de verzorgingsstaat.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Is hier sprake
van betutteling
volgens jou?
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Kinderwetje van Houten
- Is overheidsbemoeienis nodig?
- Begin van sociale wetgeving in NL

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

De Swaan
Overheidsbemoeienis ten behoeve van het
algemeen maatschappelijke belang. 

Zorg en de Staat (1989)
- Interdependentie
- Externe effecten
- Dilemma van collectieve actie

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Interdepedentie
Onderlinge of wederzijdse afhankelijkheid

Door de tijd heen sterk toegenomen.
(zelfvoorzienend > arbeidsdeling > arbeidsverdeling) 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Externe effecten
Iemand gedrag heeft (negatieve) gevolgen voor anderen.

(gevolg van de toegenomen interdependentie) 

Slide 9 - Slide


Voorbeeldje: Persoon A leeft ongezond
> wordt snel ziek
> kan niet op zijn werk verschijnen
> werkgever de dupe, hij moet vervanger zoeken.

OF
Veel werkloosheid
> wegvallen koopkracht
> slecht voor economie
Dilemma van collectieve actie
Individuele keuzes leiden tot collectief ongewenste gevolgen.
Freerider-probleem: individu profiteert wel van de collectieve actie, maar draagt hier niet zelf aan bij. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Visie van De Swaan:
De verzorgingsstaat is geen gevolg van altruïsme en solidariteit met minderbedeelden, maar het gevolg van een welbegrepen eigenbelang van de beter gesitueerden. 

Slide 11 - Slide

Altruïsme = onbaatzuchtigheid
Leg in je eigen woorden uit waarom ook de 'beter gesitueerden' belang hebben bij de verzorgingsstaat.

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Andere verklaringen voor de groeiende overheidsbemoeienis?
- Opkomende arbeidersbeweging
- Beschavingsoffensief 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Functies van de verzorgingsstaat:
- Verzorgen         > hulpen bieden aan wie dat niet meer zelf kan
- Verzekeren       > zekerheid van een (minimum) inkomen
- Verheffen          > kans krijgen om je te ontplooien 
- Verbinden         > gevoel van onderlinge verbondenheid

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Na een bedrijfsongeval kan je niet meer werken. Je krijgt een uitkering om rond te komen.
A
Verzorgingsfunctie
B
Verzekeringsfunctie
C
Verheffingsfunctie
D
Verbindingsfunctie

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Met dank aan een aanvullende studiebeurs en de mogelijkheid tot lenen kan iedereen studeren.
A
Verzorgingsfunctie
B
Verzekeringsfunctie
C
Verheffingsfunctie
D
Verbindingsfunctie

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Getuigen van een ernstig ongeluk krijgen slachtofferhulp aangeboden.
A
Verzorgingsstaat
B
Verzekeringsfunctie
C
Verheffingsfunctie
D
Verbindingsfunctie

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Is hier sprake
van betutteling
volgens jou?
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions