Een voorwerp dat zich op een bepaalde hoogte bevindt, bezit zwaarte-energie. Hoe hoger het voorwerp zich bevindt, des te groter is de zwaarte-energie. Dit kun je logisch begrijpen als je bedenkt dat het energie kost om iets op te tillen: als je dat zelf doet, zet je chemische energie (via je spieren) om in zwaarte-energie en als een elektrische hijskraan dat doet, zet die elektrische energie om in zwaarte-energie. Zwaarte-energie wordt ook wel hoogte-energie genoemd.