M2 H2.3

Winstmaximalisatie
Kom in de lesson up
timer
2:00
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Winstmaximalisatie
Kom in de lesson up
timer
2:00

Slide 1 - Slide

Planning
  • Terugblik paragraaf 2.2
  • Paragraaf 2.3
  • Aan de slag!
  • Terugblik en afsluiting

Slide 2 - Slide

Deze periode

Slide 3 - Slide

timer
2:00
Bedenk zoveel mogelijk voorbeelden van vaste kosten en variabele kosten. Geef ook aan welk soort de kosten zijn

Slide 4 - Mind map

Wat zijn de variabele kosten bij de eerste muur? En bij de tweede muur?

Slide 5 - Open question

Bereken de MK bij Q=1 en Q=2

Slide 6 - Open question

Huiswerk
Vragen over opdrachten 8 t/m 11?

Slide 7 - Slide

Leerdoelen 2.3
  • Je kunt bepalen hoeveel een aanbieder moet produceren om zijn winst te maximaliseren
  • Je kunt de break-evenproductie bepalen

Slide 8 - Slide

TO
  • TO = totale opbrengst of totale omzet
  • Prijs is gegeven, dus hoeveelheid aanbieden
  • Winst maximaal bij grootste verschil tussen TO en TK
  • Totale opbrengst = TO = P x Q 

  • Wat is TO bij Q = 2?

Slide 9 - Slide

GO en MO
  • Gemiddelde opbrengst = GO = TO : productieomvang
  • Wat is GO bij Q1? Q2? en Q3?

  • Marginale opbrengst = MO = extra totale opbrengst : extra verkochte eenheid
  • Wat is de MO bij Q1? Q2? Q3? 


  • samengevat (een aanbieder geen invloed op de prijs)
  • Prijs = GO = MO

Slide 10 - Slide

Winstmaximalisatie
  • Productie bepalen bij winstmaximalisatie
  • De prijs is gegeven dus het aanbod bepalen 
  • Winst = TO - TK 
  • Maximale winst?

Slide 11 - Slide

Winstmaximalisatie
  • Verticale afstand geeft de winst
  • Maximale winst bij grootste afstand tussen beide lijnen 

Slide 12 - Slide

Winstmaximalisatie
  • MO = extra opbrengsten bij extra geproduceerde eenheid
  • MK = extra kosten bij extra geproduceerde eenheid

  • MO > MK = extra winst
  • MO < MK = winst daalt
  • MO = MK = maximale winst

Slide 13 - Slide

Break-evenpunt
  • Kosten gelijk aan de opbrengsten
  • Grafiek 1 = TO = TK
  • Grafiek 3 = GO = GTK


  • Break-even omzet
  • Break-even afzet

Slide 14 - Slide

Producentensurplus
  • Maatstaf voor het welbevinden van de producent

  1. Bereken voor ieder geproduceerd stuk het verschil tussen wat hij feitelijk betaald krijgt (P) wat hij minimaal moet krijgen (MK) 
    Dus eigenlijk P - MK
  2. Tel de verschillen bij stap 1 bij elkaar op 

Slide 15 - Slide

Aan de slag!
Wat: Lees paragraaf 2.3 door en maak de opdrachten 1 t/m 11
Hoe: Overleggen mag

Hulp:                                                                                                                                Klaar:
1. Uitleg lezen boek                                                                                                   1. afvinken magister.learn
2. Online opzoeken                                                                                                   2. ander huis/leerwerk
3. Klasgenoot vragen                                                                                               3. rustig iets voor jezelf
4. Docent vragen

Straks: afsluiting

Slide 16 - Slide

In hoeverre kan je de leerdoelen van vandaag afvinken?
0100

Slide 17 - Poll

Volgende les
  • Paragraaf 2.4
  • Vragen? Opmerkingen?

Slide 18 - Slide