This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Geld maakt gelukkig
Ja, hoe meer geld ik heb hoe gelukkiger ik word.
Nee, ik vind geld niet zo belangrijk.
Slide 3 - Poll
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Noortje doet boodschappen bij de Albert Heijn en betaalt met haar pinpas. Hier is sprake van..
A
Directe ruil en chartaal geld
B
Directe ruil en giraal geld
C
Indirecte ruil en chartaal geld
D
Indirecte ruil en giraal geld
Slide 10 - Quiz
Na een dagje lesgeven besluit meneer Gokkaya zijn welverdiende salaris op zijn bankrekening te storten. Welk functie van geld zien we hier terug?
Slide 11 - Open question
Meneer Gokkaya zit te overwegen om te stoppen met werken en de rest van zijn leven te rentenieren. Inmiddels heeft hij, naast zijn buitenlandse rekeningen, € 3.000.000 gespaard. De ING Bank hanteert een rentetarief van 3,5%. Hoeveel rente ontvangt meneer Gokkaya maandelijks? Schrijf je berekening op!
Slide 12 - Open question
Meneer Gokkaya heeft, naast het lesgeven, ook andere inkomsten. Maandelijks verdient hij € 15.000, waarvan € 8750 aan rente inkomsten. Hoeveel procent van zijn maandelijkse inkomsten bestaat uit rente inkomsten? Rond af op één decimaal.
Slide 13 - Open question
Na één jaar werken ziet meneer Gokkaya zijn saldo op zijn bankrekening toenemen van € 3.000.000 naar € 3.150.000.