Geef het gekozen boek van je groepje door!! We doen even een rondje.
Vandaag
Lezen
Info
Uitleg
Werken
Afsluiting
Slide 6 - Slide
Welkom bij Nederlands
Wat heb je nodig deze les:
- pen
- Markeerstift/gekleurd potlood o.i.d.
Slide 7 - Slide
Lesdoelen
1. We hebben kennisgemaakt.
2. Je weet dat je een boek voor de Leeskring moet kiezen.
3. Aan het einde van de les weet ik wat een 'hamvraag' is.
4. Aan het einde van de les heb ik na overleg een mogelijke 'hamvraag' bedacht.
5. Aan het einde van de les heb ik een beter beeld van wat een goede 'hamvraag' kan zijn.
Slide 8 - Slide
Kiezen boek
Nu gaan jullie een boek kiezen voor de leeskring.
Het hele groepje moet dit lezen.
Wees praktisch: is het te vinden in de bibliotheek of mediatheek?
Slide 9 - Slide
Lesdoelen
1. Aan het einde van de les kan ik een door mij gekozen hamvraag goed rechtvaardigen.
Slide 10 - Slide
Theorie
Tijdens het lezen van een literair verhaal kom je vaak dingen tegen die je vreemd vindt of raar. Ook kan het zo zijn dat er stukken in het verhaal voorkomen die je niet begrijpt of die anders verlopen dan je zou hebben verwacht.
Vragen die je kan stellen tijdens het lezen
- Waarom? ‘Waarom doet een personage zus- of-zo?’
- Hoe? ‘Hoe komt het dat…?’
- Wie? ‘Wie wordt bedoeld met X?’
- Wat? ‘Wat wil de schrijver eigenlijk zeggen met Y?’
- Waar? ’Waar speelt het verhaal zich eigenlijk af?’
- Wanneer? ’Wanneer speelt het verhaal zich af?’
- Hoezo? ...
- Hoe dan? ...
Slide 11 - Slide
Opdracht
- Ik lees het verhaal 'Ludwig' voor.
- Na ieder stukje schrijf je jouw vragen op.
- Aan het einde van het verhaal markeer je de vragen waar je nog geen antwoord op hebt gekregen.
Slide 12 - Slide
Ga met je groepje bij elkaar zitten
1. Linde, Cris, Natasha, Sabr, Eric
2. Cas, Max, Azra, Noah, Tim
3. Eline, Daan, Twan, Sarafina, Sarah
4. Alexandra, Asli, Alex, Charlotte, Senna
5. Jonas, Jonell, Jasmin, Rayan, Kaezy
timer
4:00
Slide 13 - Slide
Samenwerken
- Lees de vragen die jullie hebben opgeschreven aan elkaar voor
- Ga met elkaar in gesprek over deze vragen
- Wat zijn jullie vermoedens?
- Wat denken jullie dat de antwoorden op deze
vragen kunnen zijn?
timer
6:00
Slide 14 - Slide
Hamvraag
Een vraag die heel belangrijk is voor het verhaal als geheel, dat gaat over iets wat je niet loslaat na het lezen en waarop waarschijnlijk meer dan één antwoord mogelijk is.
Slide 15 - Slide
Samenwerken 2
- Bedenk in je groepje wat volgens jullie de hamvraag van dit verhaal is.
- Er is geen goed of fout!
timer
6:00
Slide 16 - Slide
Hamvraag inleveren
Je levert per groepje de hamvraag in die jullie bedacht hebben.
Deze bespreken we na.
Slide 17 - Slide
Hamvraag
Volgens jou heel belangrijk voor het hele verhaal
Over iets wat je niet loslaat na het lezen, wat je bezig blijft houden
Waarop waarschijnlijk meer dan één antwoord mogelijk is
Waar meningen over kunnen verschillen
Slide 18 - Slide
Stappen
Bij deze manier van lezen horen stappen:
Stel jezelf vragen tijdens het lezen.
Kies een hamvraag.
Bespreek je hamvraag met anderen.
Formuleer een (voorlopig) antwoord op je hamvraag.
Leg je antwoord uit.
Slide 19 - Slide
Verhaal lezen
Verhaal gekozen.
Voorlezen of zelf lezen?
Schrijf tijdens het lezen zoveel mogelijk vragen op.
Bijvoorbeeld over dingen die je vreemd of onduidelijk
vindt of waar je meer over wilt weten.
Slide 20 - Slide
Ga met je groepje bij elkaar zitten
1. Eline, Cas, Charlotte, Senna, Eric
2. Cris, Max, Sarah, Twan, Tim
3. Linde, Jonas, Noah, Alex, Sarah
4. Alexandra, Asli, Azra, Natasha, Rayan
5. Daan, Jonell, Jasmin, Sabr, Kaezy
Slide 21 - Slide
Hamvraag kiezen
Kies samen uit alle vragen van je groepje de Hamvraag.
Bespreek dit eerst uitgebreid!
Schrijf de Hamvraag groot & duidelijk op
de poster.
timer
6:00
Slide 22 - Slide
Hamvragen bekijken
Ieder groepje krijgt post-it's.
Zet op de post-it of het een goede hamvraag is of niet.
Plak het erbij!
timer
6:00
Slide 23 - Slide
Hamvragen bespreken
Wat vinden jullie van de uitkomst?
Slide 24 - Slide
Stappen
Bij deze manier van lezen horen stappen:
Stel jezelf vragen tijdens het lezen.
Kies een hamvraag.
Bespreek je hamvraag met anderen.
Formuleer een (voorlopig) antwoord op je hamvraag.
Leg je antwoord uit.
Slide 25 - Slide
Beantwoorden hamvraag
Geen goed of fout antwoord, maar wel betere of slechtere antwoorden. Het antwoord moet je rechtvaardigen door:
– aannemelijk te maken
– te ondersteunen met citaten uit het verhaal
– of met verwijzingen naar buitentekstuele gegevens.
Slide 26 - Slide
Voorbeeld rechtvaardiging
Verhaal De invaller
Vraag: Waarom laat zij haar dienblad vallen?
Antwoord: Omdat hij naakt in haar woning staat.
"Leuke woning. Woon je hier alleen?"
Na 7 jaar naam nog weten.
Zij schrikt en rent weg bij de bar.
Ze zegt: "Wat doe je nu?!" en ze is geschrokken.
Slide 27 - Slide
Voorbeeld rechtvaardiging
Hier maak je uiteindelijk een lopend verhaal van.
Slide 28 - Slide
Voorbeeld buitentekstueel
De engelenmaker
Thema van het verhaal --> strijd goed en kwaad, geboorte en genezing.
Namen van drie kinderen: Michaël, Rafaël en Gabriël.
Dat zijn engelen die symbool staan voor: strijd goed en kwaad, geboorte en genezing.
Cijfer 14 komt terug, ook cijfer 3.
Slide 29 - Slide
Verhaal lezen
Verhaal gekozen.
Zelf lezen in stilte of voorlezen?
Schrijf tijdens het lezen zoveel mogelijk vragen op.
Bijvoorbeeld over dingen die je vreemd of onduidelijk
vindt of waar je meer over wilt weten.
Slide 30 - Slide
Overleggen
Bespreek even in een groepje de vragen die je hebt opgeschreven.
Zijn het goede vragen?
Welke zijn echt belangrijk?
timer
3:00
Slide 31 - Slide
Hamvraag kiezen
Kies nu je eigen hamvraag. Dit hoeft niet dezelfde voor het hele groepje te zijn!
timer
3:00
Slide 32 - Slide
Hamvraag beantwoorden
Bedenk nu het antwoord op je hamvraag.
Dit schrijf je kort op.
timer
3:00
Slide 33 - Slide
Antwoord bespreken
Bespreek met elkaar het antwoord op je hamvraag.
Wijs in het verhaal zinnen aan!!
Vergeet deze niet op te schrijven.
timer
10:00
Slide 34 - Slide
Hamvraag beantwoorden
Nu ga je een antwoord formuleren voor je hamvraag.
Denk hierbij aan de kenmerken van een goede hamvraag:
– aannemelijk maken
– ondersteunen met citaten uit het verhaal
– of met verwijzingen naar buitentekstuele gegevens.
Aan het eind van het uur heb je het af & lever je het in. Succes!