NaSk jaar 2 - Les 29 elektriciteit

Welkom bij NaSk

Pak voor je:
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Geodriehoek
- Pen en potlood



 




Startopdracht:
Pak de foto van jouw kWh-meter.

Stel: één kWh kost €0,30.
Hoeveel geld hebben alle kWh's samen gekost?
1 / 37
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom bij NaSk

Pak voor je:
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Geodriehoek
- Pen en potlood



 




Startopdracht:
Pak de foto van jouw kWh-meter.

Stel: één kWh kost €0,30.
Hoeveel geld hebben alle kWh's samen gekost?

Slide 1 - Slide

Welkom bij NaSk

Pak voor je:
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Geodriehoek
- Pen en potlood



 




Startopdracht:


Slide 2 - Slide

Welkom bij NaSk

Pak voor je:
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Geodriehoek
- Pen en potlood



 




Startopdracht:
Pak de foto van jouw kWh-meter.

Stel: één kWh kost €0,30.
Hoeveel geld hebben alle kWh's samen gekost?



Slide 3 - Slide

Wat is statische elektriciteit?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Teylers museum

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Planning
  • Lesdoelen
  • Energiegebruik
  • Zelfstandig werken


Slide 8 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kan ik:
  • vertellen wat een elektrische stroom is;
  • vertellen welke energiesoorten er bestaan;
  • uitleggen dat elektrische apparaten elektrische energie omzetten in een andere soort energie;
  • vermogen en rendement uitrekenen.
  • energieberekeningen uitvoeren.















Slide 9 - Slide

Tijdens de les wil ik dat:
1. Je luistert als ik praat en is het stil
2. Je naar elkaar luistert
3. Je de juiste spullen voor je hebt
4. Je je zo gedraagt dat je de lesstof meekrijgt
5. Je respectvol bent naar je klasgenoten en mij

Slide 10 - Slide

3.2C Apparaten

Slide 11 - Slide

Energiesoorten
- Warmte

- Beweging

- Licht

- Geluid

Slide 12 - Slide

Omzetten energie
Elektrische energie kun je omzetten in licht, warmte of beweging en omgekeerd.

Slide 13 - Slide

Vermogen
Hoeveel elektrische energie een apparaat per seconde verbruikt, noem je het vermogen


Een andere eenheid is de watt
(W). 

1000 W = 1 kW

Slide 14 - Slide

Daarna stroom door energiemeter
Meet hoeveel elektrische energie je huis gebruikt (kWh meter)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Zelfstandig werken ZS
Kijk na op Learnbeat:
3.2C: Begrijpen

- 3 minuten in ZS
- Klaar? Top! Begin alvast aan 3.2D: Beheersen
- Niet klaar? Huiswerk



timer
7:00

Slide 18 - Slide

3.2D Apparaten

Slide 19 - Slide

Hoe meten we stroom?
Hoe meer Elektronen er per seconde door de draad gaan,
hoe hoger de sterkte van de stroom.





Slide 20 - Slide

Een apparaat met een klein vermogen gebruikt per seconde weinig
energie. 

Maar een apparaat met een GROOT vermogen gebruikt per seconde veel
energie. 


Slide 21 - Slide

Hoe kan een apparaat een groot vermogen hebben maar een laag energieverbruik?

Slide 22 - Slide

Vermogen en energie
Energieverbruik
  • Het energieverbruik is afhankelijk van twee factoren:
     1 = vermogen in kiloWatt (=1000 Watt)
     2 = tijd in uren
  • Berekenen energieverbruik:
      Energiegebruik = vermogen x tijd 
  • Het energieverbruik wordt gemeten in kWh

Slide 23 - Slide

Oefenvraag 
Een tosti-ijzer heeft een vermogen van 2 kW. 
Het tosti-ijzer staat in een restaurant 4 uur per dag aan.
Wat is het energieverbruik van een tosti-ijzer?
  1. Gegeven     

  2. Gevraagd        

  3. Uitwerking

Slide 24 - Slide

Oefenvragen op het blad
3 minuten ZS
3 minuten samen

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

1 Vermogen en energie
Een automobilist heeft zijn lampen aangelaten. Hun gezamenlijk vermogen is 50 W.
Het blijkt dat na 3 uur de lampen duidelijk zwakker gaan branden.
Bereken het energieverbruik.
  • Vermogen = 50 W = 0,050 kW
  • Energieverbruik = vermogen x tijd = 0,050 x 3 = 0,15 kWh

Slide 28 - Slide

2 Vermogen en energie
Een stofzuiger heeft een vermogen van 1500 watt en wordt gemiddeld 2 uur per week gebruikt. 1 kWh kost 13 eurocent.
Bereken de kosten (in euro) voor het verbruik van de stofzuiger.
  • Energieverbruik = vermogen x tijd = 1,5 x 2 = 3 kWh
  • kosten = 3 x €0,13 = €0,39

Slide 29 - Slide

3 Vermogen en energie
Een kruimeldief heeft een vermogen van 100 watt en kan maximaal 15 minuten gebruikt worden.
Bereken het energieverbruik in kilowattuur.

  • Energieverbruik = vermogen x tijd = 0,1 x 15 : 60 =           kWh

Slide 30 - Slide

4 Vermogen en energie
Een snelle waterkoker doet 6 min over het koken van 1 L water. Een snelle waterkoker heeft een vermogen van 3000 W.
Bereken het energieverbruik in kilowattuur.

Energieverbruik = vermogen x tijd = 3 x (6/60) =             kWh


Slide 31 - Slide

5 Vermogen en energie
Een elektrische grasmaaier wordt aangesloten op een spanning van 230 V. De stroomsterkte door de motor is 4 A. 
Bereken het vermogen van de motor.
  • P = U x I = 230 x 4= 960 W

Slide 32 - Slide

5 Vermogen en energie
Een elektrische kachel heeft een vermogen van 2000 W en staat 4 uur aan. Één kWh kost €0,35.
Bereken het energieverbruik in kWh en de kosten.
  • Energieverbruik = vermogen x tijd = 2 x 4 = 8 kWh
  • Kosten = energieverbruik x prijs = 8 x 0,35 = €2,80

Slide 33 - Slide

Rendement
Het rendement geeft aan hoeveel procent nuttig gebruikt wordt. 

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Zelfstandig werken ZS
Maak op Learnbeat:
3.2D: Begrijpen
3.2F: Extra oefening 

- 10 minuten in ZS
- Klaar? Top! Probeer 3.2 E: plusvragen
- Niet klaar? Huiswerk



timer
10:00

Slide 37 - Slide