Grammatica zinsdelen H4 2V

1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Welke proef werkt altijd om de persoonsvorm te vinden?
_______
A
vraagproef
B
tijdproef

Slide 3 - Quiz

Enkelvoudige of samengestelde zin?

We gaan vanavond naar de film.
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 4 - Quiz

Is onderstaande zin een enkelvoudige of samengestelde zin?

Claudia's zangleraar vindt dat zij talent heeft.
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Waar sta je nu?
Hoofd- en bijzinnen herkennen in samengestelde zinnen.
010

Slide 7 - Poll

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Een zin met één persoonsvorm noem je een...
A
Samengestelde zin
B
Enkelvoudige zin

Slide 10 - Quiz

Is dit een enkelvoudige zin of een samengestelde zin:
Ronald tennist elke vrijdag twee uur.

A
samengestelde zin
B
enkelvoudige zin

Slide 11 - Quiz

Enkelvoudige of samengestelde zin?
'Ik kom vanavond naar je toe, want het is al laat.'
A
Enkelvoudige zin
B
Samengestelde zin

Slide 12 - Quiz

Is onderstaande zin een enkelvoudige of samengestelde zin?

Hij wacht niet langer af en pakt zijn spullen in.
A
samengestelde zin
B
enkelvoudige zin

Slide 13 - Quiz

"De kabel hangt boven het station van Kanpur."

Is dit een enkelvoudige of samengestelde zin
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Welke combinatie kan niet?
A
Hoofdzin + bijzin
B
Hoofdzin + hoofdzin
C
bijzin + bijzin
D
Bijzin + hoofdzin

Slide 18 - Quiz

Tim pakt limonade, omdat hij dorst heeft.
A
hoofdzin, hoofdzin
B
bijzin, hoofdzin
C
hoofdzin, bijzin
D
bijzin, bijzin

Slide 19 - Quiz

Terwijl jullie de toets maken, drink ik even koffie.
A
hoofdzin, bijzin
B
hoofdzin, hoofdzin
C
bijzin, bijzin
D
bijzin, hoofdzin

Slide 20 - Quiz

Toen ik naar huis ging, regende het ontzettend hard, waardoor ik nat werd.
A
Hoofdzin + hoofdzin + Hoofdzin
B
Hoofdzin + Hoofdzin + Bijzin
C
Bijzin + Hoofdzin + Bijzin
D
Bijzin + Bijzin + Hoofdzin

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Waar sta je nu?
Hoofd- en bijzinnen herkennen in samengestelde zinnen.
010

Slide 26 - Poll