Lezen H4.3 1 TOP tekstverband

H4.3 Lezen 1TOP
tekstverbanden
verwijswoorden (alleen havo)
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H4.3 Lezen 1TOP
tekstverbanden
verwijswoorden (alleen havo)

Slide 1 - Slide

Welke tekstverbanden heb je al gehad?

Slide 2 - Open question

Tijdsvolgorde
Tijdsvolgorde = geeft aan in welke volgorde de gebeurtenissen plaatsvinden
Signaalwoorden: 
eerst, intussen, terwijl, toen, vervolgens, daarna, voordat, nadat, ten slotte

Voorbeeld: 
Nog voordat Jaap was uitgesproken, gooide Sophie hem een glas water in het gezicht. Meteen daarna is ze vertrokken. 


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Lees onderstaande tekst. Beantwoord de vragen op de volgende dia's.

Slide 5 - Slide

Welk verband geeft het signaalwoord 'bovendien' aan? (al. 2)

Slide 6 - Open question

Noteer de opsomming uit al. 3.

Slide 7 - Open question

Uitleggend tekstverband
Uitleggend tekstverband = Er wordt een uitleg of voorbeeld gegeven.
Signaalwoorden: 
bijvoorbeeld, dat wil zeggen, met andere woorden, onder andere, zoals, zo

Voorbeeld: 
Zelfs tijdens een lockdown kun je leuke dingen doen. Zo kun je gaan wandelen, een goed boek lezen of lekker Netflixen. 

Slide 8 - Slide

In alinea 4 staat een voorbeeld. Aan welk signaalwoord kun je dit zien?

Slide 9 - Open question

Waarvan is dit een voorbeeld?

Slide 10 - Open question

Bij welk tekstdoel zou het uitleggend verband vaak voorkomen?
A
informeren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Amuseren

Slide 11 - Quiz

Maak een zin waarin je 'dat wil zeggen' als signaalwoord gebruikt.

Slide 12 - Open question

Wat is het signaalwoord?
Hij draait er altijd omheen, met andere woorden hij is een echte politicus.

Slide 13 - Open question

Geeft het signaalwoord een voorbeeld of uitleg?
Het gaat slecht met deze straat. Zo zijn er al drie winkels gesloten.

Slide 14 - Open question