Vakdidactiek

Leefomstandigheden van de arbeiders
1 / 21
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Leefomstandigheden van de arbeiders

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les kan de leerling twee oorzaken van de industriële revolutie in eigen woorden uitleggen.
  •  Aan het einde van de les kan de leerling twee werkregels die de arbeider moet volgen opnoemen.
  • Aan het einde van de les kan de leerling verschillende bronnen beoordelen op bruikbaarheid en betrouwbaarheid over de leefomstandigheden van de arbeiders. 

Slide 2 - Slide

Planning
Wat gaan we doen?
Tijd:
Inleiding
10 minuten
Uitleg
10 minuten
Filmpje+opdracht
10 minuten
Opdrachten (fase 4-5-6-7)
25 minuten
Afsluiting
5 minuten

Slide 3 - Slide

Mindmap
  • Wat weet je al over het onderwerp? 
Hoe ziet een mindmap er ook alweer uit?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Opdracht
  • Welke regel vind jij het ergst?
  • Waarom? 
timer
2:00

Slide 6 - Slide

Industriële revolutie in treinvaart:
  • Bevolkingsaantal stijgt
  • Vraag naar goederen neemt toe
  • Mechanisatie
  •  Mensen trekken van platteland naar stad
  • Steden te klein voor grote aantal mensen
  • Leefomstandigheden van arbeiders worden heel slecht

Slide 7 - Slide

Leefomstandigheden arbeiders
  • Heel slecht!
  • Werden niet beschermd door de overheid.
  • Fabriekseigenaren konden dus alles maken. 
  • Ziektes, drankproblemen, de dood en nog veel meer verschrikkelijke dingen = sociale kwestie

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

De sociale kwestie
De sociale kwestie = de discussie over de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders. 
De sociale kwestie leidde tot het invoeren van sociale wetten

KA 32:  Discussies over de sociale kwestie

Slide 10 - Slide

Opdracht:
  • Post-it
  •  Bedenk een vraag over wat je in het filmpje hebt gehoord.
  • Zou deze vraag ook in de toets kunnen komen?
  • Laat je buur deze beantwoorden.

Slide 11 - Slide

Wat hield 'tussenbouw' in?
Tussenbouw hield in dat er elk jaar een ander gewas werd geplant. Waardoor de grond niet uitgeput werd maar wel goed werd gebruikt.
Voorbeeld:

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Bruikbaarheid?
Waar moet je op letten bij bruikbaarheid van een bron?
1. Is de bron betrouwbaar?
2. Gaat de bron over een onderwerp waar je onderzoek over moet doen?

Slide 14 - Slide

Betrouwbaarheid?
Maar wanneer is een bron nou betrouwbaar?
1. Wie is de maker? Is hij/zij neutraal of staat hij/zij wel aan een bepaalde kant.
2. Wanneer is de bron gemaakt? Is de bron recent na de gebeurtenis gemaakt of zit daar een lange tijd tussen?
3. Voor wie en waarom is de bron gemaakt? Is de bron met een reden gemaakt of niet? Wat voor doel heeft de bron?
4. Onder welke omstandigheden is de bron gemaakt?

Slide 15 - Slide

De opkomst van het Socialisme
  • De politieke stroming die iets wilde doen aan de sociale kwestie is het socialisme.
  • Socialisten willen gelijkheid door wetten van de overheid en via vakbonden.

Slide 16 - Slide

Albert Hahn
  • Albert Hahn (1877-1918) was een belangrijk politiek tekenaar van o.a.  spotprenten.

  • Albert kwam uit een arm gezin en was een groot voorstander van het socialisme.

Slide 17 - Slide

Opdracht
Staat de tekenaar aan de kant van de ondernemer of aan de kant van de arbeiders?

Gebruik twee elementen uit de bron.


Toelichting: tekening van de socialistische tekenaar Albert Hahn.

Slide 18 - Slide

Opdracht
  • In tweetallen
  • Fluistertoon 
  • 15 minuten
  • Lukt het niet? Steek je hand op.
timer
15:00

Slide 19 - Slide

Wat valt je op?
1801
2014
timer
5:00

Slide 20 - Slide

Afsluiting
  • Huiswerk: opdracht 2, 3, 4, 5 en 7
  • Lezen: Bladzijde uit je tekstboek 48-53 

Slide 21 - Slide