H4.7 Moderne biotechnologie

Moderne biotechnologie
1 / 13
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Moderne biotechnologie

Slide 1 - Slide

Biotechnologie:
Organismen:
  • Planten
  • Dieren
  • Schimmels
  • Bacteriën
Ontwikkeling van:
  • Nieuwe stoffen
  • Voeding
  • Medicijnen

Slide 2 - Slide

Genetische Modificatie
Erfelijke eigenschappen worden verandert.
Op etiketten staat vaak de afkorting GM.

Slide 3 - Slide

Biotechnologie
  • Brood 
  • Kaas
  • Yoghurt
  • Bier
  • Wijn

Slide 4 - Slide

Ingrijpen in erfelijkheid

Slide 5 - Slide

Moderne biotechnologie
Moderne biotechnologie:

Slide 6 - Slide

Productie van medicijnen
Kenmerken Insuline:
  • Wordt gemaakt in de alvleesklier => eilandjes van Langerhans
  • Hormoon
  • Zet glucose om in glycogeen
  • Mensen die zelf geen insuline aanmaken hebben diabetes type 2

Slide 7 - Slide

Andere toepassingen:
  • Anti-malariamiddelen
  • Kaasbereiding
  • Bereiding zoetstof (aspartaam)
  • Land- en tuinbouw

Slide 8 - Slide

Consumenten/Veiligheid en ethiek
Consumentenbond => GM

Maatschappelijke en Ethische gevolgen?
  • Gevolgen voor welzijn en gezondheid van het dier zijn niet altijd duidelijk.
  • Economische gevolgen voor arme landen is niet altijd duidelijk

Slide 9 - Slide

Waarom gebruiken we biotechnologie?
A
Om betere productietechnieken te ontwikkelen
B
Om gewassen te verbeteren
C
Om m.b.v. organismen nieuwe stoffen te ontwikkelen

Slide 10 - Quiz

Hoe paste men dit eigenlijk al honderden jaren toe?
A
DNA technieken gebruiken.
B
Door kruising planten- en dierenveredeling.
C
Het maken van bier, wijn en brood.
D
Grote hoeveelheden medicijnen chemisch produceren .

Slide 11 - Quiz

Wat hoort NIET bij grote belang van biotechnologie?
A
Alle stoffen in grote hoeveelheden maken
B
Moeilijk te maken stoffen toch maken
C
Opbrengsten van gewassen vergroten
D
Hoeveelheid gif drastisch verminderen

Slide 12 - Quiz

Wat hoort NIET bij de grote risico's van biotechnologie?
A
Dat er schadelijke bacteriën vrijkomen
B
Door inbouwen genen => dieren misvormd
C
Gezondheidsproblemen bij gebruik GM voedsel
D
Dat het te duur wordt.

Slide 13 - Quiz