9/1: beeldspraak les 1

Welkom!
Pak alvast: leesboek, Nieuw Nederlands, laptop
Laptops blijven dicht
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Pak alvast: leesboek, Nieuw Nederlands, laptop
Laptops blijven dicht

Slide 1 - Slide

Deze les
Lezen
Opfrissen afspraken + planning
Uitleg + oefenen beeldspraak
Bespreken so grammatica

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les
... weet je wat vergelijkingen, metaforen en personificaties zijn;
... kan je vergelijkingen, metaforen en personificaties herkennen en begrijpen.

Slide 3 - Slide

Opfrissen afspraken
De komende tijd letten we goed op 'startklaar zijn voor de les':
  • Jas (en pet) hangt aan de kapstok of zit in de kluis;
  • Je boeken, schrift en etui liggen op tafel;
  • Je chromebook is opgeladen;
  • Je hebt het huiswerk gemaakt. 

Slide 4 - Slide

Planning
  • Komende lessen: beeldspraak en werkwoordspelling
  • Volgende so: laatste week januari
  • Daarna: interviewproject en grammatica woordsoorten
  • Toets toetsweek 3: grammatica zinsdelen en woordsoorten
  • Boekopdracht 2: eind februari

Slide 5 - Slide

Beeldspraak
Wat is het en waarom gebruiken we het?
  • Figuurlijk taalgebruik 
  • Maakt taal levendiger en krachtiger
  • Er wordt een beeld gebruikt voor iets wat letterlijk wordt bedoeld (object).
  • Beeld = figuurlijke taal, object = letterlijke betekenis!

Slide 6 - Slide

Voorbeelden
  • Letterlijk: Hij is erg groot.
  • Figuurlijk: Hij is een beer van een vent. 

  • Letterlijk: Jouw kamer is niet erg netjes.
  • Figuurlijk: Wat een zwijnenstal is het hier.

Slide 7 - Slide

1A. Vergelijking
  • Iets (object) wordt vergeleken met iets wat erop lijkt (beeld):
  • Hij ging er als een haas vandoor.
  • Beeld én object staan in de zin, samen met een verbindingswoord: (zo ...) als, lijkt wel, is net, een ... van een ...

  • De verkoop van de nieuwe Iphone loopt als een trein.
  • Beeld? Object? Verbindingswoord?

Slide 8 - Slide

1b. Asyndetische vergelijking
  • Iets (object) wordt vergeleken met iets wat erop lijkt (beeld)
  • Beeld én object staan in de zin, maar dan zonder een verbindingswoord
  • Je kamer, die zwijnenstal, moet nodig opgeruimd worden.

Slide 9 - Slide

2. Metafoor
  • Het object wordt vervangen door het beeld 
  • Je moet zelf de betekenis vaststellen
  • Niemand wil vrienden zijn met zo'n heks

Slide 10 - Slide

3. Personificatie
  • Iets wat niet menselijk is, krijgt een menselijke eigenschap
  • Het schip danste op de golven.
  • Een schip kan niet dansen
  • Mijn kamer smeekt om een opruimbeurt.
  • Een kamer kan niet smeken 

Slide 11 - Slide

Sleepoefening
  • Pak jullie laptops en ga naar LessonUp.app
  • Koppel het juiste woord aan het zinnetje en maak de vergelijking af 

Slide 12 - Slide

kwartel

aal
kerkrat
ezel
tor
hond
hoentje
pauw
Zo arm als een
Zo doof als een
Zo dronken als een
Zo fris als een
Zo glad als een
Zo koppig als een 
Zo moe als een
Zo trots als een 

Slide 13 - Drag question

De wind huilt om het huis.
A
Metafoor
B
Vergelijking
C
Personificatie

Slide 14 - Quiz

Wat een schat van een kind hebben jullie toch!
A
Metafoor
B
Vergelijking
C
Personificatie

Slide 15 - Quiz

We staan op de drempel van een nieuwe tijd.
A
Metafoor
B
Vergelijking
C
Personificatie

Slide 16 - Quiz

Hij is de wandelende encyclopedie van de klas.
A
Metafoor
B
Vergelijking
C
Personificatie

Slide 17 - Quiz

Bespreken so grammatica
  • Alles van tafel
  • So terug = 2 minuten om punten te tellen
  • Tussendoor geen vragen, mag na de klassikale bespreking 
  • Let op: 'zinsdelen' komt terug in de toetsweek, bewaar je so dus en leer goed van je fouten!!
timer
2:00

Slide 18 - Slide

Vooruitblik
Volgende les: lezen en verder met beeldspraak

Slide 19 - Slide