M2: les 53 cijfers en getallen

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1,2

Les 53: cijfers en getallen

Wat gaan we doen vandaag?

Na deze les weet ik...

- Wanneer ik cijfers en getallen moet uitschrijven

- Hoe ik cijfers en getallen moet schrijven

Getallen onder de twintig uitschrijven

1. Waar
2. Niet waar

Ronde getallen moet je uitschrijven (30,40, 50, 100)

1. waar
2. niet waar

Temperatuur moet in letters

1. waar
2. niet waar

'18', in cijfers of letters?

'33': in cijfers of letters?

'4000': in cijfers of letters?

Neem handschoenen mee, want het is buiten maar (3) graden

1. drie graden
2. 3 graden

Aan de wedstrijd doen (3) Nederlandse renners mee

1. 3
2. drie

De maximum toegestane snelheid is (60) kilometer per uur

1. 60
2. zestig

Langs deze weg zullen (60) bomen gekapt worden

1. zestig
2. 60

(100) euro voor een spijkerbroek vind ik ontzettend duur

1. 100
2. Honderd

In de uitverkoop zijn minstens (100) kledingstukken afgeprijsd.

1. 100
2. honderd

Aan het werk! 

Maken: les 53 opdracht 1  t/m 5

Vraag? Ik kom vanzelf bij je langs!

Klaar? Kijk les 40 en les 53 na en verbeter!