This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
-Je kent de trappen van vergelijking.
- Je weet wanneer je als/dan moet gebruiken bij de trappen van vergelijking.
Heb je de lesdoelen behaald?
-Weet je wat de trappen van vergelijking zijn?
-Weet je wanneer je 'dan' gebruikt?
-Weet je wanneer je 'als' gebruikt?