3.3 Feodaliteit

3.3 Feodaliteit in de (vroege) middeleeuwen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

3.3 Feodaliteit in de (vroege) middeleeuwen

Slide 1 - Slide

Kenmerkend aspect: Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- Snap je wat het leenstelsel/feodale systeem inhoudt
- Kun je inschatten voor wie en in hoeverre dit een belangrijk systeem is

Slide 3 - Slide


WIE IS DIT?
A
Karel de Kale
B
Karel de Stoute
C
Karel de Dikke
D
Karel de Grote

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Meer problemen


Er zijn invallen van Vikingen.
Jij wilt je gewonnen gebieden niet verliezen en veilig houden


Slide 7 - Slide

Viking hoofdman Rollo

Slide 8 - Slide

Leenstelsel

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

zwakke punten in leenstelsel?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Video

Bij wie hoort de volgende plicht?

Herendiensten doen.
A
De leenman
B
de leenheer
C
de horige

Slide 13 - Quiz

Koningen maakten bisschoppen graag tot leenman omdat..
A
Bisschoppen heel gelovig waren
B
Koningen dan hun land weer terugkregen
C
Bisschoppen heel gehoorzaam waren
D
Bisschoppen grote legers hadden

Slide 14 - Quiz

Welke zin is juist?
A
In een leen konden meerdere domeinen liggen.
B
In elk leen lag één domein.
C
In een domein konden meerdere lenen liggen.
D
In elk domein lag één leen

Slide 15 - Quiz

Welke hoort er niet bij? Het voordeel van het feodale systeem/leenstelsel is:
A
Dat de koning nu een groot land kan besturen
B
Dat de koning een groot leger heeft
C
Dat de koning geen geld nodig heeft
D
Dat de koning nu heel rijk wordt

Slide 16 - Quiz

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- Snap je wat het leenstelsel/feodale systeem inhoudt
- Kun je inschatten voor wie en in hoeverre dit een belangrijk systeem is

Slide 17 - Slide

Huiswerk:
Leren 89
Maken 1, 2, 4

Slide 18 - Slide