Thema 2, basisstof 1

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b
• Leerjaar 1

Thema 2

Organen en cellen

Basisstof 1: Organen van mensen

De leerdoelen voor vandaag zijn:

1. Je kunt uitleggen wat organen en orgaanstelsels zijn
2. Je kunt organen benoemen in een torso
3. Je kunt drie orgaanstelsels van de mens beschrijven

Wat gaan we doen?

• We bekijken het filmpje:
    van cel tot stelsel
• Je krijgt uitleg met tussendoor
   vragen via  LessonUp.App
• Je gaat opdrachten maken (in je
   papieren of je digitale boek)
  
• Je krijgt nog wat afsluitende
   vragen via LessonUp.App
  
• Je krijgt huiswerk op. 

1. Organen 

Organisme = alles wat leeft 

(mens, dier of plant)

Orgaan = een deel van een organisme met een eigen taak, bijvoorbeeld

• Hart: bloed rondpompen
• Longen: opnemen zuurstof
• Nieren: afvalstoffen uit het lichaam
    verwijderen
• Dunne darm: opnemen voedingsstoffen

Voorbeelden van organen

1: Orgaanstelsels

Orgaanstelsel = een groep organen die samen aan één taak werken. 

Bijvoorbeeld:

• ademhalingsstelsel - ademhalen
• verteringsstelsel - voedsel
   verteren
• bloedvatenstelsel - bloed
   rondpompen

Ademhalingsstelsel - Verteringsstelsel - bloedvatenstelsel

Hart

Luchtpijp

Bloed-vaten

Dunne Darm

Dikke darm

Hersenen

Neus-holte

Slok-darm

Longen

Maag

Sleep de woorden naar het goede stelsel

2. Organen in een torso

Torso =  model van het lichaam, zonder armen en benen

Vraag:
Van welke organenstelsels zie je in de afbeelding hiernaast
de organen?

3. Beschrijving van de orgaanstelsels

1. Verteringsstelsel

Je voedsel gaat vanaf je mond naar je kont
en komt van boven naar beneden langs de volgende organen:

• slokdarm
• maag
• lever
• dunne darm
• dikke darm
  

3. Beschrijving van de orgaanstelsels

2. Bloedvatenstelsel

Bloed wordt als volgt door je lichaam vervoert:

• Je hart pomt bloed in de
• aorta, vanaf daar gaat het naar andere
   bloedvaten en komt uiteindelijk in de
• holle ader, deze brengt het bloed terug
   naar het hart.

3. Beschrijving van de orgaanstelsels

3. Ademhalingsstelsel

Zuurstof komt vanuit je neus of mond in je lichaam terecht via de volgende organen:

• Luchtpijp
• Bronchiën
• Longen

Opdrachten maken

Maak opdracht 1 t/m 8, basisstof 1 - thema 2.
Boek: blz. 76 t/m 80

Online: ga naar thema 2, paragraaf 2.1 

Tijd: 15 minuten

Niet af? = niet erg. 

Klaar? Lees basisstof 2 alvast door en maak daarna de opgaven van basisstof 2.

(Dan wordt het gewoon huiswerk        )  

Leg uit wat een orgaan is.

Wat is de taak van het verteringsstelsel?

Noem 2 organen van het ademhalingsstelsel.

Wat wordt in de
afbeelding aangegeven
met de letter P?

1. Lever
2. Maag
3. Long
4. Nier

Hoe noem je een deel
van het lichaam zoals je
hiernaast ziet?

1. Orgaanstelsel
2. Orgaan
3. Torso
4. Buik

Huiswerk

• Afmaken basisstof 1 van hoofdstuk 2
• Leren basisstof 1 van hoofdstuk 2

Tip! Zorg dat je de organen en orgaanstelsels goed kunt benoemen. 
De volgende les krijg je hier een practicumopdracht bij die meetelt voor een cijfer.