Spelling werkblad 6

Spellingsquiz
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Spellingsquiz

Slide 1 - Slide

Het laatste schandaal in de voetbalwereld (getuigen) van corruptie.

Slide 2 - Open question

Willem II zou een wedstrijd tegen Ajax hebben (matchfixen).

Slide 3 - Open question

De vreemde uitslagen worden aan dit omkoopschandaal (wijten)

Slide 4 - Open question

(bestrijden) corruptie door te focussen op sportprestaties, niet op geld.
A
Bestrijd
B
Bestrijdt

Slide 5 - Quiz

Mika (scrollen) door de TikTok-pagina van Kate.
A
scrolled
B
scrollt
C
scrolt
D
scrold

Slide 6 - Quiz

(Worden) je foto eigendom van Instagram?

Slide 7 - Open question

Overheden (pleiten, VT) vorig jaar voor extra geld naar Groningen.
A
pleten
B
pleiten
C
pleitten
D
pleiden

Slide 8 - Quiz

Schrijver Arthur Japin (zoomen) in op de liefde.

Slide 9 - Open question

Voor het boek (researchen, VT) hij naar verloren liefdes.
A
researchte
B
researchten
C
researchde
D
researchden

Slide 10 - Quiz

Het boek werd vorige week (presenteren) in Almere.

Slide 11 - Open question

De toeslagen moeten verder worden (versoberen).

Slide 12 - Open question

De school (vergoeden) jullie uitgaven voor dit uitje.
A
vergoed
B
vergoedt
C
vergoet
D
vergoeid

Slide 13 - Quiz

Putin (verleiden) de Duitse premier tot het geven van commentaar.

Slide 14 - Open question

Rutte (herhalen) zijn antwoorden keer op keer.

Slide 15 - Open question

Van de Ven (debuteren) binnenkort in het Nederlands elftal.
A
debuteerd
B
debuteert

Slide 16 - Quiz

Houd deze lessonuples open, straks weer nodig

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Bespreek in tweetallen, één iemand tikt het antwoord in.
De ‘ik’ is de hoofdpersoon, wordt die expliciet of impliciet gekarakteriseerd? Licht je antwoord toe.

Slide 19 - Open question

Bespreek in tweetallen, één iemand tikt het antwoord in.
Het verhaal heeft een flashback. Waar begint en eindigt die en wat is de functie?

Slide 20 - Open question

Bespreek in tweetallen, één iemand tikt het antwoord in.
Het vertelperspectief bepaalt in hoge mate hoe de lezer het verhaal ervaart. Is dat in deze column ook het geval? Licht je antwoord toe.

Slide 21 - Open question

Bespreek in tweetallen, één iemand tikt het antwoord in.
Waaraan merk je dat Witteman een humoristische stijl heeft?

Slide 22 - Open question

Eigen antwoord, dus individueel
Is dit een amuserend verhaal of zet het je ook aan het denken? Licht je antwoord toe.

Slide 23 - Open question

Wat betekent het woord coupures?

Slide 24 - Open question

Wat betekent de uitdrukking 'ten faveure'

Slide 25 - Open question

Wat betekent 'psychedelisch'

Slide 26 - Open question