Les degrés de comparaison

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

de trappen van vergelijking

Om dingen/mensen met elkaar te vergelijken 

gebruik je de trappen van vergelijking

Nummer 1 is groot, nummer 2 is groter, nummer 3 is het grootst

Paul heeft geld. Jean heeft meer geld. Luc heeft het meeste geld

Hoe doe je dat in het Frans?

Comment on fait ça en français ?

le comparatif: vergelijkende of vergrotende trap 

Sananas est moins drôle que Cyprien

Natoo est aussi belle que Denyzee

Il est plus grand que Pierre

Marie est plus gentille que Sofie

Les comparaisons

In het Frans gebruik je de volgende woorden om te vergelijken:

• moins... que    (minder...dan)
  
• plus...... que     (meer....dan)
  
• aussi.... que     (even....als)

moins/plus/aussi staan voor het bijvoeglijk naamwoord/bijwoord

que staat na het bijvoeglijk naamwoord/bijwoord, que wordt qu' voor een klinker of doffe 'h'

Le comparatif= de vergrotende trap:

plus/moins/aussi  + adjectif/adverbe + que.

Vertaal: het meisje is kleiner dan de jongen

Les comparaisons

Par exemple: 1. La tour Eiffel est plus haute que notre collège.

2. Marie est moins grande que Pierre.

3. Silvana est aussi belle qu'elle.     

Formes spéciales

p 179/180

Klik HIER voor een uitlegfilmpje

Le superlatif = de overtreffende trap

Classer une personne/une chose en numéro 1 ou en dernier

le/la/les plus + adjectif

le plus + adverbe

le/la/les moins + adjectif

le moins + adverbe

Le superlatif = de overtreffende trap

avec l'adjectif:

Natoo est la plus belle

Squeezie et Cyprien sont les moins enthousiastes

avec l'adverbe:

Cyprien parle le plus lentement

Squeezie fait le plus de vidéos

Joueur du grenier joue le mieux

Vertaal: het meisje is het kleinst

Bien sûr, il y a des exceptions

p 183/184

Welke vergelijking is juist?

1. Emily est aussi grande que Jessica.
2. Emily est aussi grand que Jessica.

Hoe zeg je:
Chantal is aardiger dan Marie.

Zij is kleiner dan haar vriend

1. elle est aussi petite que son ami
2. elle est plus petite que son ami
3. elle est moins petite que son ami
4. son ami est plus petit qu' elle

volg het stappenplan om de oefeningen te maken