huitième cours: le 25 à 29 novembre 2024

1 / 32
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Bonjour et bienvenue

Slide 2 - Slide

Klassenregels
We werken rustig samen in de klas.
We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.
Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.
We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook weg.
We overleggen zachtjes binnen de MC als we een vraag hebben.
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.
We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.
We laten elkaar uitpraten.
We eten en drinken niet in het klaslokaal.
We letten op in de les.
Tijdens het zelfstandig werken mag je oortjes in of een koptelefoon op

Slide 3 - Slide

Lesinhoud:
  1. Huiswerkcheck aan de hand van een quizizz
  2. Uitleg Grammaire D: à + lidwoord en de + lidwoord
  3. Maken van bijhorende opdrachten: exercices 15 + 16 (p.68-70)
  4. Aan de slag met luisteroefeningen:
    exercices 5 et 7 en classe (p.58+61)
    exercices 6 (p.60) et exercices du cito (zie itslearning)
  5. Lesdoelencheck




Huiswerk voor deze week:
Apprends (leer):
Grammaire: werkwoorden -re pagina 51 en werkwoorden -er p.171
Vocabulaire: Chapitre 2 phrases-cles C (FN/NF)

Lesdoelen:
Ik kan praten over mijn vrije tijd
Ik kan à+ lidwoord en de + lidwoord gebruiken
Ik begrijp korte luisterfragmenten

Huiswerk voor volgende week:
Apprends (leer):
Grammatica: à+ lidwoord de+lidwoord p.89
Vocabulaire:  
Chapitre 2 vocabulaire E (FN/NF)Chapitre 3 A (FN/NF)



 

 

 


Slide 4 - Slide

Het lidwoord
Het bepaald lidwoord wordt soms samengetrokken met 'de' (van, uit). Het heet dan delend lidwoord.





Het bepaald lidwoord wordt soms samengetrokken met 'à' (in, naar, op, tegen).

Slide 5 - Slide

Ex. 1 Voorzetsel & Lidwoord

à l'
de l'
du
au
à la
de la
des
aux
à + enkelvoud beginnend met klinker of stomme h
à + vrouw
de + les
à + le
à + les
de + l'
de + la
de + le

Slide 6 - Drag question

Maak de juiste combinaties:
Ex. 2 Voorzetsel & Lidwoord

VAN DE/HET
IN,NAAR,OP,BIJ DE/HET
du
à la
au
aux
des
de l'
à l'
de la

Slide 7 - Drag question

Je suis 
in de
club de foot
Schuif de woorden in de juiste volgorde
1.
4.
   

  GRAMMAIRE    de+ bepaald lidwoord/ a+ bepaald lidwoord
Le cinéma est à droite 
van de
boulangerie
2.
3.
Il parle de l'histoire 
van de
film
Je n'aime pas les vêtements 
van de
actrices
vertaal in het frans, kies tussen:
de
du
au
de
de l'
aux
à la

Slide 8 - Drag question

Nous allons
hôtel.
Schuif de woorden in de juiste volgorde
1.
4.
   

  GRAMMAIRE    de+ bepaald lidwoord/ à+ bepaald lidwoord
Tu vas venir
fête de Frank?
2.
3.
Tu as vu la robe
voisine?
Tu as parlé 
directeur
hôtel?
Vul de zinnen in, in het frans, kies tussen:
naar het
naar het
tegen de ..............................  van het
van de
de la
du
à l'
des
de l'
au
à la

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Au travail !
Quoi?
Faire exercices 15a, 15c 15d, 16a,16c et 16e (p.68-70)
Avec qui?
Individuellement
Besoin d'aide?
Pose tes questions à ton MC ou à la prof.
Temps?


Résultat?
Tu auras pratiqué avec le grammaire D du chapitre 2
Fini?
Apprenez par coeur:
Chapitre 2 Grammaire D (p.89)
Chapitre 2 vocabulaire E (p.87) (FN/NF)Chapitre 3 A (FN/NF) (p.124)

timer
25:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Eigen antwoord, bijvoorbeeld:
- allé au tournoi, déjà fait match
- en retard, 2 heures après
- mars, change d’heure, heure d’été, avancer la montre d’une heure, retardé d’une heure, à 9 heures au lieu de 7 heures, 2 heures trop tard
Je hebt ze misschien niet allemaal gehoord of opgeschreven. Het is ook goed als je het in het Nederlands hebt opgeschreven, als je fouten hebt gemaakt in het Frans of als je afkortingen hebt gebruikt.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Eigen antwoord, bijvoorbeeld:
Clément ging naar het toernooi, maar de wedstrijd was al voorbij. Hij was blijkbaar te laat. Hij had zich vergist in het verzetten van de klok vanwege de zomertijd. Hij had zijn wekker niet één uur eerder gezet maar één uur later. Daarom kwam hij twee uur te laat.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Ze heeft een hekel aan de zomertijd / de klok verzetten omdat je een uur minder slaapt.

Slide 20 - Slide

Exercice 7a (p.61)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Au travail !
Quoi?
Faire exercices 6a, 6b et 6c (p.60)
Avec qui?
Individuellement
Besoin d'aide?
Pose tes questions à ton MC ou à la prof.
Temps?


Résultat?
Tu auras pratiqué avec le vocabulaire A du chapitre 2
Fini?
Apprenez par coeur:
Chapitre 2 grammaire D (FN/NF)
Chapitre 2 vocabulaire E (FN/NF)Chapitre 3 A (FN/NF)
timer
10:00

Slide 25 - Slide

Au travail
We maken gezamenlijk wat CITO kijk- en luisteropdrachten (het boekje staat bij content-periode 2-lesmateriaal)

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Lesdoelencheck
Moniek draait aan het magister rad en stelt verschillende vragen om te kijken of de lesdoelen zijn behaald.


Lesdoelen:
Ik kan praten over mijn vrije tijd
Ik kan à+ lidwoord en de + lidwoord gebruiken
Ik begrijp korte luisterfragmenten

Huiswerk voor volgende week:
Apprends (leer):
Grammatica: à+ lidwoord de+lidwoord p.89
Vocabulaire:  
Chapitre 2 vocabulaire E (FN/NF)Chapitre 3 A (FN/NF)


 

 

 

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide