les 1 - 22 januari 2025

Aujourd'hui c'est mercredi 22 janvier
1 / 29
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Aujourd'hui c'est mercredi 22 janvier

Slide 1 - Slide

Présence
tout le monde est présent?

Slide 2 - Slide

Au programme:


- correction contrôle
- correction des devoirs
- introduction chapitre 2
- lire
- les devoirs

Slide 3 - Slide

Exercice E - ww -re

1 [1p] C’est pourquoi ___________________ (jij hebt gewacht) une heure.
2 [1p] ___________________ (ik verlies) mon pantalon.
3 [1p] A l’école, ___________________ (wij geven antwoord) au professeur.
4 [1p] ___________________ (jullie hebben gehoord) la nouvelle chanson de Stromae ?
5 [1p] ___________________ (zij verkopen) leurs maison.
6 [1p] ___________________ (zij geeft terug) le livre.

Slide 4 - Slide

Exercice 3 - bijvoeglijknw
1 [1p] C’est une _____________________________(jonge zangeres).
2 [1p] Tu as déjà vu sa _____________________________ (eerste video).
3 [1p] Je pense que Jeanne est une _____________________________ (actieve persoon).
4 [1p] J’aime les _____________________________ (italiaans meisjes)
5 [1p] C’est un _____________________________ (oud beroep)
6 [1p] Pierre et Sophie ont une _____________________________ (gelukkige vriendschap)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Chapitre 2

Je suis libre!

Slide 12 - Slide

Objectifs H2
aan het einde van H2, 
Dit hoofdstuk gaat over vrije tijd.
Je leert:
- woorden binnen het thema vrije tijd
- vertellen over je vrije tijd/ hobbies

Slide 13 - Slide

les buts:

- Je kunt de voorzetsels à en de + lidwoord gebruiken.
- Je kunt een grappige anekdote begrijpen. (A2)
- Je kent woorden die te maken hebben met hobby’s.
 

  
.

Slide 14 - Slide

  • Welke activiteiten spreken jullie het meest aan en waarom?
  • exercice 2
timer
8:00

Slide 15 - Slide

exercice 2a
- het grootste ski-gebied: Portes du Soleil - 650 km aan piste (ligt grotendeels in Frankrijk, maar ook deels in Zwitserland / Les Trois Vallées - 600 km aan piste (alleen in Frankrijk)
  - de hoogste bergen: De Alpen (Mont Blanc)
  - de langste piste: Alpe d’Huez-Sarenne (16km zwarte piste van de Pic Blanc naar L'Alpe d'Huez) / off piste: Chamonix - La Vallée Blanche (22km van Aiguille du Midi naar Chamonix).

Slide 16 - Slide

exercice 2b
le chasse-neige - de pizzapunt
la station de ski - het skidorp
le masque - de skibril
le tire-fesses - de sleeplift
le moniteur de ski - de skileraar

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Noteer woorden die je kunnen helpen om de volgende vragen te beantwoorden:
- Welke situatie omschrijft Clément?
- Wat loopt er anders dan verwacht?
- Hoe komt dat?

Slide 19 - Slide

Écoute de nouveau la suite du dialogue et résume-la en 50 mots en néerlandais. Utilise tes notes de l'exercice 5b.

Slide 20 - Slide

exercice 5c
Clément ging naar het toernooi, maar de wedstrijd was al voorbij. Hij was blijkbaar te laat. Hij had zich vergist in het verzetten van de klok vanwege de zomertijd. Hij had zijn wekker niet één uur eerder gezet maar één uur later. Daarom kwam hij twee uur te laat.

Slide 21 - Slide

exercice 6
timer
10:00

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

au travail-
les devoirs
Génération Like!
PW chapitre 1 + chapitre 2 ABCD:

Apprends (leer) vocabulaire A, B, E et F à la page 48-49 (FN – NF) et A, B à la page 86

Apprends (leer) les phrases-clés C et G à la page 50 (FN - NF) et les phrases-clés C à la page 88 (FN-NF)
Apprends (leer) la grammaire D het bijvoeglijk naamwoord et H ww - re à la page 51 et la grammaire D à/de + bepaald lidwoord à la page 89 

Slide 24 - Slide

Je kunt de voorzetsels à en de + lidwoord gebruiken.

Slide 25 - Poll

Je kunt een grappige anekdote begrijpen. (A2)

Slide 26 - Poll

Je kent woorden die te maken hebben met hobby’s.

Slide 27 - Poll

au travail-
les devoirs
Génération Like!
PW chapitre 1 + chapitre 2 ABCD:

Apprends (leer) vocabulaire A, B, E et F à la page 48-49 (FN – NF) et A, B à la page 86

Apprends (leer) les phrases-clés C et G à la page 50 (FN - NF) et les phrases-clés C à la page 88 (FN-NF)
Apprends (leer) la grammaire D het bijvoeglijk naamwoord et H ww - re à la page 51 et la grammaire D à/de + bepaald lidwoord à la page 89 

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide