Les 4 Reading & Adjectives (HV)

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welcome!:)

lessonplan

- herhaling adjectives

- vocab

- homework

Goal

Ik weet wat een adjective is en wat een adverb is.

Ik heb een beeld welke woorden ik van C ken. 

What is an adjective?

Wat komt er vaak na een bijvoeglijk naamwoord?

Waarvoor gebruik je een 'adjective'?

Bijvoeglijk naamwoord of bijwoord?
It is a beautiful ship.

1. Adjective (bijvoegelijknaamwoord)
2. Adverb (bijwoord)

Bijvoeglijk naamwoord of bijwoord?
Jack falls beautifully.

1. Adjective (bijvoegelijknaamwoord)
2. Adverb (bijwoord)

Hoe zat het ook alweer?

op de volgende pagina staat weer de uitleg. Komt het bekend voor? 

Adjectives = bijv nw

Een bijvoeglijk naamwoord gebruik je om iets of iemand 

te omschrijven. Een bijvoeglijk naamwoord wordt vaak gevolgd door een zelfstandig naamwoord.

That is an amazing girl.

We all love that funny movie.

I think he is a terrible teacher.

Adjectives

*Je zet een bijvoeglijk naamwoord voor het zelfstandig naamwoord.

*Bij sommige zinnen zet je ze achter het werkwoord.

Dit is bij de volgende werkwoorden: 

to be (am, are, is, was ,were, been), to look, to appear, to seem.

Op de volgende slide is een filmpje met uitleg hierover.

Bijwoord (adverb)

Een bijwoord zegt iets over een werkwoord.   (actie in de zin).

Madonna sings beautifully. ("beautifully" zegt iets over "sings".)

Een werkwoord is iets wat je kunt doen.

Hoe maak je een bijwoord?

https:

What is long in the following sentence?

Jacks has long hair

1. Long is an adjective
2. Long is an adverb

Maak van het woord een adverb.

fantastic

amazing

easy

incredible

fast

Ik weet het verschil tussen een adverb en adjective en kan deze toepassen.

1. ja
2. nee
3. een beetje
4. met hulp

Vocabulary (C: Reading) 

1. anoniem

2. beweren

3. samenwerken

4. erkenning

5. richting

6. kans, mogelijkheid

7. to perform

8. to receive

9. record label

10. to release

Homework

Study:  

Vocab - Theme words