herhaling

Welke leefregel geldt NIET voor de behandeling van obstipatie?
A
Meer bewegen want dat bevordert de darmwerking
B
Veel drinken, ongeveer 1,5 - 2 liter per dag
C
Vezelrijk voedsel gebruiken, zoals granen, vers fruit en veel groente
D
Stoppen met roken en alcoholgebruik verminderen
1 / 16
next
Slide 1: Quiz
SchoolapotheekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Welke leefregel geldt NIET voor de behandeling van obstipatie?
A
Meer bewegen want dat bevordert de darmwerking
B
Veel drinken, ongeveer 1,5 - 2 liter per dag
C
Vezelrijk voedsel gebruiken, zoals granen, vers fruit en veel groente
D
Stoppen met roken en alcoholgebruik verminderen

Slide 1 - Quiz

Patiënt X krijgt macrogol zakjes, het is een EU-recept met een gebruik van 2x/dag 1 zakje. Hoeveel geef je mee?

Slide 2 - Open question

Een man van 75 jaar krijgt diclofenac, wat adviseer je hem erbij te gebruiken?

Slide 3 - Open question

Wat is ulcus ventriculi?
A
Omhoog komen van maagzuur.
B
Zweer in de twaalfvingerige darm.
C
Zweer in de maag.
D
Ontsteking in de slokdarm.

Slide 4 - Quiz

Wat is de eerste keus bij pijn als het om zelfzorg gaat?

Slide 5 - Open question

Welk van onderstaande pijnstillers is alleen op recept verkrijgbaar?
A
Tramadol
B
Ibuprofen
C
Naproxen
D
Diclofenac

Slide 6 - Quiz

Wat betekend de afkorting MGA?
A
Medicatie gift automaat
B
Met geneesmiddel afgifte
C
Met gereguleerde afgifte
D
Maagsapresistente geneesmiddel afgifte

Slide 7 - Quiz

Patiënt X krijgt morfine tabletten, welk geneesmiddel adviseer je de patiënt om erbij te gebruiken?

Slide 8 - Open question

In welke groep zitten oxazepam en temazepam?
A
biguaniden
B
tetracyclinen
C
benzodiazepine
D
statinen

Slide 9 - Quiz

Voor hoeveel dagen mag je benzodiazepines afleveren

Slide 10 - Open question

Welke waarschuwing geef je cliënten die voor het eerst een recept komen ophalen met een benzodiazepine? (er zijn meerdere antwoorden mogelijk)
A
Pas op met alcohol
B
Pas op met verkeersdeelname
C
Pas op, u kunt er slaperig van worden
D
Alle bovenstaande waarschuwingen geef ik mee

Slide 11 - Quiz

Maak de zin af. Zodra ik de dosering in het schema aanpas aan de normdosering noteer ik dit ook............

Slide 12 - Open question

A.N. betekent?
A
's Ochtends
B
Na het eten
C
Voor de nacht
D
Voor het eten

Slide 13 - Quiz

Welke website kan je gebruiken zodra je ziet dat een geneesmiddel het reactievermogen vermindert?

Slide 14 - Open question

XVI = hoeveel?
A
13
B
14
C
12
D
16

Slide 15 - Quiz

protonpompremmers

benzodiazepinen
NSAID's

temazepam

omeprazol
diclofenac
lorazepam
esomeprazol
meloxicam
ibuprofen
bromazepam
pantoprazol

Slide 16 - Drag question