Herhalingsles H7

Herhalingsles H7 + H8
Opties
- Optie 1 -> Meedoen met de herhalingsles
- Optie 2 -> Oefentoets H7
- Optie 3 -> Zelfstandig bezig met leren/opdrachten
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 22 slides, with text slides.

Items in this lesson

Herhalingsles H7 + H8
Opties
- Optie 1 -> Meedoen met de herhalingsles
- Optie 2 -> Oefentoets H7
- Optie 3 -> Zelfstandig bezig met leren/opdrachten

Slide 1 - Slide

Doelen
Wat leer je vandaag?

  • Aan het einde van de les ken ik de begrippen van H7.
  • Aan het einde van de les kan ik verbanden leggen tussen verschillende begrippen.

Slide 2 - Slide

De overheden
Het Rijk 
Centrale overheid

De provincie
-indeling grondgebied
-infrastructuur
Waterschap
Beheren het water in hun gebied
Gemeente
Op kleine schaal zorgen voor en uitvoeren van oa onderwijs, veiligheid etc
Lagere overheden
Opgave 1, 2 & 3

Slide 3 - Slide

Innovatie

De ontwikkeling van een nieuw product of een nieuwe manier van produceren noemen wij innovatie.


Slide 4 - Slide

Stimuleren of afremmen?
Wat wil de overheid stimuleren of afremmen?
Stimuleren:
  • Subsidie
Afremmen:
  • Accijns
  • Milieuheffing
  • Energiebelasting

Slide 5 - Slide

Collectieve goederen? 
Worden geleverd door de overheid. 

  • Niet apart betalen
  • Kwaliteit garanderen
  • Betaalbaar houden
Opgave 7 & 8

Slide 6 - Slide


Collectieve sector =

overheid en sociale zekerheidinstellingen

  • geen winstdoel


Particuliere sector =

bedrijven en burgers

  • winstdoel


Collectieve en particuliere sector
Opgave

Slide 7 - Slide

Marktwerking
Ik kan uitleggen wat marktwerking is

Niet alleen vraag en aanbod bepalen de prijzen.

Bedrijven concurreren met elkaar. Dit doen ze door lagere prijzen of betere kwaliteit van producten. Dit noemen we marktwerking.




  

Slide 8 - Slide

Privatiseren
Bij privatiseren verkoopt overheid dienst of activiteit aan particuliere sector.


Redenen om te privatiseren:
  • Geen verantwoordelijkheid meer voor overheid
  • Bedrijven doen het beter en/of goedkoper

Opgave 10 & 11

Slide 9 - Slide

Sociaal minimum
In Nederland krijgt moet iedereen het sociaal minimum krijgen. Dit is het geldbedrag wat je minimaal moet hebben om te leven.
  

Als je onder het sociaal minimum zit, dan komt je in aanmerking voor aanvullende uitkeringen zoals zorgtoeslag, huurtoeslag.

Slide 10 - Slide

Verzorgingsstaat
 Nederland wordt een verzorgingsstaat genoemd, omdat het een land is waar veel geld wordt besteed aan onderwijs, gezondheidszorg en uitkeringen.
Opgave 1 & 2

Slide 11 - Slide

Solidariteitsbeginsel
Opgave 4

Slide 12 - Slide

Opgave 7, 8, 10

Slide 13 - Slide

Overheidsinkomsten
Belastinginkomsten:
  • BTW en Accijns
  • Inkomstenbelasting
  • Vennootschapsbelasting
  • Sociale premies
Niet-belastingontvangsten:
  • Winst overheidsbedrijven
  • Boetes 
opgave 2

Slide 14 - Slide

Directe vs indirecte belasting
opgave 5

Slide 15 - Slide

Draagkrachtbeginsel
opgave 6, 7

Slide 16 - Slide

Profijtbeginsel
opgave 9, 10

Slide 17 - Slide

Rijksbegroting:
overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven van de rijksoverheid voor komend jaar.

De rijksbegroting wordt op Prinsjesdag gepresenteerd samen met de miljoenennota. Dit is de toelichting op de rijksbegroting.

De Tweede en daarna de Eerste kamer moeten 
de rijksbegroting goedkeuren.
Opgave 2, 3, 4

Slide 18 - Slide

  • Begrotingstekort
  • Begrotingstekort
  • Begrotingsoverschot
Begrotingsoverschot
De overheid heeft meer inkomsten dan uitgaven
Begrotingstekort
De overheid heeft meer uitgaven dan inkomsten

Slide 19 - Slide

Staatsschuld
Door een begrotingstekort ontstaat er een staatsschuld.
De overheid leent geld van banken, pensioenfondsen, verzekeraars en burgers.

Slide 20 - Slide

Staatsschuld
  • Staatsschuld
  • Nederland 2020: 
  •      Schuld: €491mld
  •      Bbp: €778mld 

Slide 21 - Slide

Doelen
Wat leer je vandaag?

  • Aan het einde van de les ken ik de begrippen van H7.
  • Aan het einde van de les kan ik verbanden leggen tussen verschillende begrippen.

Slide 22 - Slide