What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
3.2 - Wat levert het op?
Hoofdstuk 3
Paragraaf 2 - Wat levert het op?
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hoofdstuk 3
Paragraaf 2 - Wat levert het op?
Slide 1 - Slide
De vorige keer
de 4 productiefactoren
Het verschil tussen vaste en variabele kosten
de kostprijs per product
Verkoopprijs / consumentenprijs
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Slide 2 - Slide
Wat moet je kennen/ kunnen?
Hoe je de bruto en netto winst van een bedrijf kunt uitrekenen
Wat is de productiecapaciteit?
Wat is de arbeidsproductiviteit?
Hoe kun je arbeidsproductiviteit uitrekenen?
Waarom is arbeidsproductiviteit belangrijk voor een bedrijf?
Slide 3 - Slide
1. Omzet
De omzet
= het aantal euro's dat bij een bedrijf binnenkomt aan verkopen
De afzet
= Het aantal verkochte producten in stuks
Formule omzet =
Afzet x (de gemiddelde) verkoopprijs per product
Slide 4 - Slide
2. Inkoopwaarde
Inkoopwaarde =
De totale prijs waar een bedrijf haar producten voor in koopt.
Formule inkoopwaarde =
Afzet x (gemiddelde) inkoopprijs per product
Slide 5 - Slide
3. bruto winst
Brutowinst
= de winst die je hebt behaald zonder aftrek van bedrijfskosten.
Formule brutowinst =
Omzet – inkoopwaarde
Slide 6 - Slide
4. Bedrijfskosten
Bedrijfskosten
= Alle kosten die een bedrijf heeft (vast + variabel) behalve de inkoopwaarde
Formule bedrijfskosten
=
Alle vaste en variabel kosten bij elkaar optellen
Slide 7 - Slide
5. Netto winst
Nettowinst =
De winst die een bedrijf daadwerkelijk heeft gehaald na aftrek van alle kosten
Formule nettowinst =
Brutowinst – bedrijfskosten
Omzet – inkoopwaarde - bedrijfskosten
Slide 8 - Slide
Bruto en nettowinst
Omzet €
Inkoopwaarde
€ -
Brutowinst €
Bedrijfskosten
€ -
Nettowinst €
ALTIJD zonder BTW, die is voor de overheid!
Slide 9 - Slide
Oefensom netto en bruto winst
De afzet bedroeg 1400 stuks. De verkoopprijs bedroeg €125,00 per stuk.
De inkoopprijs bedroeg €80,00 per stuk. De bedrijfskosten bedroegen 13% van de omzet.
Bereken de bruto en de nettowinst van fictief B.V.
Omzet = 1400 x 125 = 175.000 Inkoopwaarde = 80 x 1400 = 112.000
Brutowinst = 175.000 - 112.000 = 63.000
Bedrijfskosten = 0,13 x 175.000 = 22.750
Nettowinst = 63.000 - 22.750 = 40.250
Slide 10 - Slide
Arbeidsproductiviteit/ productiecapaciteit
Productiecapaciteit
=
De maximale hoeveelheid producten die een bedrijf kan produceren
Arbeidsproductiviteit =
Hoeveel iemand (of een groep mensen) produceert in een bepaalde tijd.
Hoe hoger de arbeidsproductiviteit hoe meer
iemand produceert in minder tijd
Slide 11 - Slide
Arbeidsproductiviteit/ productiecapaciteit
Formule arbeidsproductiviteit per uur =
Totale productie (in stuks) : Totaal aantal gewerkt uren
Formule arbeidsproductiviteit per werknemer:
Totale productie (in stuks) : Totaal aantal werknemers
Slide 12 - Slide
Hoe kan een bedrijf er voor zorgen dat de arbeidsproductiviteit omhoog gaat?
Slide 13 - Open question
Verhogen Arbeidsproductiviteit
Door
mechanisatie
. Dit is dat machines het werk van mensen overneemt
Door
automatisering
. Dit is dat computers het werk van mensen overneemt
Door een goede
werksfeer
Door verbetering van de
arbeidsomstandigheden
Door verbetering van de
arbeidsvoorwaarden
Door
arbeidsverdeling
. Dit is dat iedereen doet waar hij/zij goed in is
Door
scholing
Slide 14 - Slide
Waarom gaat de arbeidsproductiviteit niet omhoog als je meer personeel aanneemt?
Slide 15 - Open question
Verhogen arbeidsproductiviteit
Dus
NIET
door:
Meer mensen aan te nemen. Je gaat wel meer doen, maar niet in minder tijd.
Meer uren te gaan werken. Je gaat wel meer doen, maar niet in minder tijd.
Slide 16 - Slide
Aan het werk
Maken opdracht 1 t/m 10
Bespreken 2,3 en 4
bladzijde 78
Slide 17 - Slide
More lessons like this
leerjaar 3 hst 5 les 2
March 2020
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Administratie hst 1 Een bedrijf van dichtbij paragraaf 5 en 6
January 2022
- Lesson with
21 slides
Economie & Ondernemen
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
3.2 Winst of verlies?
August 2018
- Lesson with
39 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
Winst of verlies?
January 2019
- Lesson with
22 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
economie voor vmbo
Leerjaar 4 Economie hst 3 Quizzz
September 2022
- Lesson with
15 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
3.2 Hoeveel levert het op?
August 2018
- Lesson with
44 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
par 3.2 Wat levert het op? Korte versie
October 2023
- Lesson with
28 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
3.2 - Wat levert het op?
March 2024
- Lesson with
25 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4