Toets begrijpend lezen

Hallo!
Denk goed na! Je hebt een halfuur de tijd!
Lees goed!
1 / 44
next
Slide 1: Slide
InformatiekundeBasisschoolGroep 6

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hallo!
Denk goed na! Je hebt een halfuur de tijd!
Lees goed!

Slide 1 - Slide

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 2 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 3 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur over 10 minuten moest ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 4 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 5 - Slide

Wat betekent: Redacteur?
(het woord staat op het 2de stuk tekst en het is het rode woord)

Slide 6 - Open question

Wie zijn de hoofdpersonen?

Slide 7 - Open question

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 8 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 9 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur over 10 minuten moest ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 10 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 11 - Slide

Wat betekent: Vormgever?
(dat woord staat op het 2de stuk tekst, het is het gele woord)

Slide 12 - Open question

Waar was de ik persoon als eerste aangekomen?

Slide 13 - Open question

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 14 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 15 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur, over 10 minuten moet ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 16 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 17 - Slide

Wat betekent: drukker?
(het woord staat op het het 2de stuk tekst, het is het groene woord)

Slide 18 - Open question

Mog de ik persoon gaan van haar moeder? En waar wou ze heen?

Slide 19 - Open question

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 20 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 21 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur, over 10 minuten moet ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 22 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 23 - Slide

Wat betekent: catastrofe?
(het woord staat op het derde stuk tekst, het groen/blauwe woord)

Slide 24 - Open question

Hoelaat kwam de ik persoon erachter dat ze over zoveel minuten bij het treinstation moes zijn?
A
10.00
B
8.00
C
9.50
D
10

Slide 25 - Quiz

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 26 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 27 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur, over 10 minuten moet ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 28 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 29 - Slide

Wanneer heeft de ik persoon het geschreven?

Slide 30 - Open question

Wat betekent: onverschrokken?
(het woord stat op het derde stuk tekst, het oranje woord)

Slide 31 - Open question

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 32 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 33 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur, over 10 minuten moet ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 34 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 35 - Slide

Wat is er gebeurt met de trein?
A
weggereden
B
ontploft
C
tegen het treinstation gereden
D
vertraging

Slide 36 - Quiz

Wat betekent: ploegden
(het woord staat op het derde tekst stuk, het lichte blauwe woord)

Slide 37 - Open question

Dagboek
Donderdag  26 mei 2022

Lief dagboek, vandaag was een hele rare dag. Het begon in de ochtend. Het was 8.00 uur in de ochtend. Ik pakte mijn telefoon en zag dat mijn vriendin mij had geappt. Ze vroeg of ik mee ging naar Amsterdam. Ik ging naar beneden en vroeg het aan mijn moeder. Ze zei 'tuurlijk mag dat'. Ik appte naar mijn vriendin dat ik mocht.

Slide 38 - Slide

We spraken om 10.00 uur af bij het treinstation. Ik wist de weg niet helemaal, dus ik ging links en toen rechts en toen kwam ik uit bij een heel groot gebouw. Ik liep naar binnen om te vragen waar ik heen moest maar wat bleek, het was zo'n kantoor voor kranten en zo. Ik liep een trap op en ik zag een bordje met redacteur er opstaan. Ik liep verder toen zag ik een bordje met vormgever en toen met drukker. Er stond ineens een man voor me en die raadde me af om verder te gaan en  bevelende me aan om naar buiten te gaan.

Slide 39 - Slide

Ik ging naar buiten en pakte mijn telefoon. Oh nee, het is 09.50 uur, over 10 minuten moet ik bij het treinstation zijn. Ik pakt google maps erbij. Ik fietste zo snel als ik kon en binnen 7 minuten was ik er. We stonden te wachten op de trein en ineens ontploft de trein! Dat was een  catastrofe, maar mijn vriendin zag er onverschrokken uit. We moesten hier weg! We ploegden ons door de mensen heen.

Slide 40 - Slide

De trein stond in lichterlaaie. Ineens begon iemand ons uit te jouwen. Mijn vriendin wilde wat terug zeggen, maar ik bedwong haar. Dit verhaal is bijna ongeloofwaardig, maar echt, het is echt waar. Dit was me echt een belevenis!
Tot morgen, lief dagboek!
Ik ga slapen, welterusten!

Slide 41 - Slide

Wat voor tekst is dit?
A
fictief
B
informatief
C
gedicht
D
handleiding/ gebruiksaanwijzing

Slide 42 - Quiz

Denk je dat dit verhaal echt is gebeurt?
A
Ja, het is echt gebeurt
B
Nee, het is niet echt gebeurt

Slide 43 - Quiz

Einde lever hem maar in!

Slide 44 - Slide