lDoel: ik kan een gebouw, straat, voorwerp, ding, of een dier beschrijven
1. Apprendre 10 bespreken.
2.Formatief SO apprendre 8
3.de materiaal lijst ( grondstoffenlijst) ( huiswerk)
glazen,ijzeren,houten,papieren,metalen,zilveren,kartonnen huiswerk
4.zwaar,licht,rond,vierkant,groot,klein
5.Qu'est-ce que c'est? Attends, je vais deviner! Le paquet a...... ex 22A+B
6.