HV2 LV I leesstrategieën, tekstdoelen, opbouw tekst Taalkrant 1

welkom bij Leesvaardigheid
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

welkom bij Leesvaardigheid

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In de krant staat... 
een stukje over kleine, vieze beestjes

Hoofdluis moeders niet meer weg te denken op basisscholen
Hoofdluis is de laatste twintig jaar een ware plaag op de basisscholen. Dat is ook het geval op de basisscholen in Stolwijk. Daarom zijn ‘luizen moeders’ ook niet meer weg te denken.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is er niet meer weg te denken op basisscholen?

Slide 3 - Open question

Hoofdluis moeders kun je in de krantenkop lezen als: ‘de hoofdluis van de moeders’. Er had moeten staan Hoofdluismoeders, aan elkaar dus.
programma
  • welke kennis is blijven hangen van de brugklas?
  • korte herhaling theorie
  • aan de slag Taalkrant

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

lesdoel
  • je weet (weer) verschillende lees-strategieën en kan die toepassen
  • je weet (weer) tekstdoelen en tekstsoorten
  • je weet (weer) de opbouw van een tekst

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Woordpost
Wat ? Jij neemt een onbekend woord mee naar de les.
Hoe dan? Je geeft het woord, de betekenis en een zin waarin de betekenis duidelijk wordt.


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Woordpost
Wanneer? Vanaf volgende week iedere maandag.
Waarom? Werken aan onze woordenschat. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld
attent = 
1. als je goed oplet
2. met zorg en aandacht voor anderen
zinnen:
1. Hij maakte ons attent op het mooie uitzicht.
2. Een attente lezer wees mij op mijn stijlfout.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

timer
0:40
Uit welke drie onderdelen
bestaat
een tekst meestal?

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

timer
0:50
Welke functies hebben
deze tekstdelen?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

timer
0:50
Welke leesstrategieën
ken je?

Slide 11 - Mind map

This item has no instructions

timer
0:50
Noem zoveel mogelijk
tekstdoelen

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Tekstdelen en hun functies
Inleiding: de aandacht van de lezer trekken, het onderwerp introduceren
Middenstuk: meer informatie over het onderwerp geven (deelonderwerpen uitwerken: uitleg en/of voorbeelden geven, vragen beantwoorden enz.)
Slot: een samenvatting of een conclusie schrijven. Niets nieuws!

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Leesstrategieën en functies
Verkennend/oriënterend lezen: je bekijkt de titel, plaatjes, tussenkopjes en evt. bron en leest de 1e alinea (inleiding). Bedenk dan waarover de hele tekst gaat (onderwerp).
Nauwkeurig/precies lezen: je leest de hele tekst om hem te begrijpen. 
Zoekend lezen: je zoekt een bepaald woord, begrip of naam op. Soms verwijst een vraag ook naar een alinea.
Studerend lezen: je leest de hele tekst om hem te kunnen onthouden.
Kritisch lezen: je leest de hele tekst en bedenkt of je het eens bent met de schrijver.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Tekstdoelen
Informeren: je krijgt informatie over een onderwerp (waarover je nog niets/niet veel wist -> iets is nieuw)
Uitleg geven: je krijgt uitleg over hoe iets werkt, in elkaar zit of gebruikt moet/kan worden
Overtuigen: een schrijver wil zijn mening overbrengen op jou als lezer en dat je die zelfde mening hebt
Opiniëren: een schrijver wil je na laten denken over een onderwerp en je zelf een mening laten vormen
Overhalen (activeren): een schrijver wil dat je iets gaat doen, bijvoorbeeld kopen
Amuseren: een schrijver wil je vermaken

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Een recept voor een appeltaart
A
informeren
B
uitleg geven
C
overhalen
D
amuseren

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Een recensie (over een boek of een film)
A
informeren
B
overhalen
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Een schoolboektekst
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
amuseren

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag
  • H1.2 Lezen, blz. 16, maken opdr. 1
  • lezen theorie 'Leesstrategieën', maken opdr. 2
  • lezen theorie 'Tekstverband 1', maken opdr. 3


Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag: Taalkrant
Ga naar om de hele opdracht te lezen:

https://www.bruuttaal.nl/leerling/totaal/complexe-opdrachten/de-taalkrant

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant
Wie? groepjes van 4 of 5 lln
Wat? Taalkrant met eigen titel en een hoofdartikel
Hoe?
Inhoud:
Je gebruikt minstens 5 filmpjes en je verwerkt de informatie uit de filmpjes. Je varieert in tekstsoorten. Eigen onderwerpen worden toegevoegd, je zoekt ook eigen informatie bij de onderwerpen. De verschillende tekstsoorten passen goed bij de inhoud.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant- uitleg
Hoe? Verder:
  • Je moet minstens 5 filmpjes op een leuke manier verwerken,: wees creatief in het bedenken van een verwerkingsvorm (langere tekst, alleen een foto met onderschrift, beeld verhaal etc).
  • Je verrijkt je teksten met beelden (foto's, infographics, schema's).
  • Bij ieder artikel komt de naam van de schrijver te staan.
  • Probeer te schrijven alsof je voor QUEST of De KIJK (je doelgroep: jongeren van 13-15 jaar) schrijft: je krant is informatief en leuk om te lezen.
  • Je tekst mag niet letterlijk uit de filmpjes komen.


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant - uitleg
Hoe? Verder:
  • Probeer te schrijven alsof je voor QUEST of De KIJK (je doelgroep: jongeren van 13-15 jaar) schrijft: je krant is informatief en leuk om te lezen.
  • Je tekst mag niet letterlijk uit de filmpjes komen.
  • Neem een colofon op, daarin schrijf je wie aan deze krant meewerkten. Vermeld hier ook je bronnen, filmpje én andere bron. 
  • Als iemand wat speciaals deed (bijvoorbeeld tekeningen maakt) dan vermeld je dat hier.


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant - uitleg
Hoe? Vorm:
  • Je werkt op A3-formaat, staand.
  • Je verdeelt de pagina in 3 kolommen. Kolombreedte van 1 kolom is dan 8 cm, je houdt dan
  • Getypte teksten print je in de juiste kolombreedte. Je kunt variëren: soms heeft een (deel van de) tekst dan de breedte van 2 of 3 kolommen.
  • Je maakt een even aantal pagina's; je kunt geen lege pagina maken in een krant. Je hebt geen lege plekken.
  • Je bedenkt een eigen naam voor je krant en plaatst die paginabreed op de voorpagina.


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant - uitleg
Hoe? Vorm:
  • Je werkt ouderwets met schaar en lijm om je pagina's te vullen met tekst en foto's. Met de schaar maak je alles passend.
  • TIP: Maak met dikke stift kolomlijnen op een blanco A3-pagina die je onder de echte pagina's legt als je gaat plakken; je ziet dan wanneer je kolommen precies recht liggen.
  • Spreek af of je links uitlijnt of uitvult (links en rechts strak uitgelijnd).
  • Gebruik afbeeldingen. Dat kunnen stills uit de filmpjes zijn, maar je kunt ook zelf heel origineel naar eigen beeldmateriaal zoeken of eigen afbeeldingen maken.


Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant - tips
Opmaaktips:
  • Probeer om niet 2 koppen naast elkaar te hebben, of een kop naast een foto.
  • Kies één stijl voor je koppen.
  • Kijk of je de eerste alinea een aparte opmaak kunt geven: Bold of een groter lettertype.
  • Gebruik bij langere artikelen tussenkopjes.
  • Trek de lezer naar je artikel met "quotes", opvallende zinnen die je - als een soort illustratie - extra groot ergens in je tekst plaatst.


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant: vandaag
In die eerste vergadering (vandaag) ga je met elkaar bepalen:
  • wat het hoofdartikel wordt;
  • hoe je de andere artikelen gaat uitwerken;
  • wie welk onderwerp gaat uitwerken (iedereen werkt alleen);
  • wat iedereen voor de volgende redactievergadering af heeft;

Dit noteren jullie in een Word document, inleveren in Teams - vandaag.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant: vandaag
  • verdeel de filmpjes
  • bekijk de filmpjes en maak aantekeningen
  • informeer je groep over de inhoud van de door jou bekeken filmpjes
  • bekijk een krant: wat voor soort teksten zie je allemaal?
  • bespreek wat het hoofdartikel wordt
  • bespreek hoe de andere filmpjes worden uitgewerkt en wie wat doet
  • bespreek wat iedereen af heeft de volgende les.


Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant: filmpjes
Taalcanon:
https://www.youtube.com/watch?v=FMeghIVMOyg
https://www.youtube.com/watch?v=Xtqa1GvBwBo
Grammatica:
https://www.youtube.com/watch?v=Nv-iqJhGwH8
 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Taalkrant: filmpjes
Taalbesef:
https://www.youtube.com/watch?v=KeTkJAUGwoM
Van Kooten en de Bie - spelling:
https://www.youtube.com/watch?v=52vIwQrzHDw
How languages evolve:
https://www.youtube.com/watch?v=iWDKsHm6gTA

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Wat neem je mee van deze les?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Bedankt en tot de volgende les

Slide 32 - Slide

This item has no instructions