4: Informatieverwerking en statistiek

Statistiek en informatieverwerking
1 / 10
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

Statistiek en informatieverwerking

Slide 1 - Slide

Verschillende diagrammen
  • Beelddiagram
  • Staafdiagram/stapeldiagram
  • Lijndiagram (grafiek)
  • Cirkeldiagram
  • Steelbladdiagram
  • Boomdiagram 

Slide 2 - Slide

Cirkeldiagram
Hele cirkel = 100%
Cirkel is verdeeld in sectoren 
Alle sectoren samen zijn 360 graden

Hoe teken je nu een cirkeldiagram?


Slide 3 - Slide

Frequentie
Frequentietabel: Turven en het aantal keer voorkomen (frequentie)

Modus: de waarneming die het vaakst voorkomt 
Let op! Zijn er meerdere waarnemingen die het vaakst voorkomen dan is er geen modus

Slide 4 - Slide

Gemiddelde bij frequentie
  1. Tel het aantal getallen bij elkaar op.
  2. Tel alle getallen bij elkaar op.
  3. Deel stap 2 door stap 1 



Slide 5 - Slide

Klasse
  • Wat is een klasse?
Alle klasse hebben dezelfde breedte. Stel de klasse is 0-10, 10-20... Dan doet het eerste getal wel mee in de klasse, maar het laatste niet. 
  • Modale klasse
De klasse met de grootste frequentie
  • Klassenbreedte

Slide 6 - Slide

Spreidingsbreedte

Hoe ver liggen het grootste en kleinste getal uit elkaar
Mediaan

De rij getallen moet op volgorde staan. Alle getallen, dus ook dubbele, moeten in de rij staan.
- Het middelste getal is de mediaan
- Het gemiddelde van de twee middelste getallen is de mediaan

Slide 7 - Slide

Boxplot
afbeelding filmpje
1e kwartiel = 25%
mediaan = 25% (ligt dus op 50%)
3e kwartiel = 25% (ligt dus op 75%)

Slide 8 - Slide

Berekenen kwartiel bij boxplot
  1. Bereken de mediaan
  2. Verdeel je de waarnemingen in 2 gelijke groepen. Let op: Bij een oneven aantal getallen valt de mediaan weg.
  3. Bepaal het 1ste en het 3de kwartiel 

Slide 9 - Slide

Graaf
Bestaat uit een aantal knooppunten. Lijnen tussen de knooppunten heten wegen. 
Wegen kunnen 1 richting zijn. 
Graaf is geen schaaltekening: een korte lijn kan een langere afstand hebben dan een langere lijn. 

Slide 10 - Slide