H2.4 3H

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Wat gaan we doen

• Lessonup herhalen
• uitleg 2.4
• maken 2.4 
  

Op een man werkt een F_z van 800N. 

Wat is de massa van deze man?

1. 800 N
2. 81,5 N
3. 81,6 kg
4. 800 kg

Als de zwaarte kracht 10N is hoe
groot is dan de normaal kracht?

1. 10N
2. 100N
3. 1N
4. 0,1N

De resultante kracht is

1. 40 N
2. 60 N
3. 100 N
4. 140 N

Wat heb je nodig om een kracht te tekenen?

1. De richting van de kracht
2. Een krachtenschaal
3. De grootte van de kracht
4. Alles wat er al staat

Een steen oefent een kracht uit op de hand van 15 N
Wat is de lengte van de pijl die je moet tekenen?

1. 1 cm
2. 3 cm
3. 5 cm
4. 15 cm

Hoe kun je de veerconstante uitrekenen?

1. Fz = m.g
2. C = F: u
3. F = C.u
4. m = Fz: g

Wat is de veerconstante van de veer uit deze afbeelding

1. 0,5 N/m
2. 2 N/m
3. 0,5 N/cm
4. 2 N/cm

Wat is de resultante kracht?

1. 290 N rechts
2. 290 N links
3. 50 N rechts
4. 50 N links

Veerkacht

grootheid	afkorting	eenheid	symbool
veerkracht		Newton	N
veerconstante	C	Newton per meter	N/m
uitrekking	u	meter	m

F​v​​

F​v​​=C⋅u

Doelen §2.4

• Weten wat hefbomen zijn
• Uitleggen hoe hefbomen werken 
• Reken aan hefbomen 

§2.3

Hefbomen 

§2.3

Hefboom heeft altijd een draaipunt

Formule Moment

M=F⋅r

§2.3

Bij evenwicht is 

M1 gelijk aan M2

§1.4

werkkracht⋅werkarm=last⋅lastarm

F​1​​⋅r​1​​=F​2​​⋅r​2​​

Dit wordt ook wel het krachtmoment genoemd

§2.3

Opdracht 

          https://phet.colorado.edu/nl/simulations/balancing-act

Niveau 1 + 2 maken 

Aan het werk

Lezen §2.4 in stilte

Maken:  33 t/m 36 zachtjes overleggen mag 

Aan het werk

Lezen §2.4 in stilte

Maken:  33 t/m 39 zachtjes overleggen mag