Samenvatting Lezen H1 t/m 4 Talent

1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Talent: lezen hoofdstuk 1 t/m 4
1. Maak een samenvatting van de vier hoofdstukken
                                                        of

2.Bestudeer de powerpoint in de classroom

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Wat is het tekstverband?
Hou je van een tiramisu'tje?
Integendeel ik walg ervan.
A
opsommend
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend
D
uitleggend

Slide 23 - Quiz

De vaccinatie dient intramusculair toegediend te worden.
Wat is het leespubliek?

Slide 24 - Open question

Wat is geen kenmerk van een alinea?
A
Het tekstgedeelte is meestal wat langer.
B
Soms wordt er ingesprongen.
C
De laatste regel is niet volgeschreven.
D
Af en toe is er een witregel.

Slide 25 - Quiz

Waar staat hier een mening?
A
Die boom is zojuist gekapt.
B
Dit kost wel €200,-
C
Wat een leuke les!
D
Hij eet wat hij lekker vindt.

Slide 26 - Quiz

Suske en Wiske en de sissende sampan.
Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 27 - Quiz

Wat is een feit?
A
Ik lijk wel 1.78m.
B
De beker is halfvol.
C
Wat een mooie kater!
D
Daar loopt een kabouter.

Slide 28 - Quiz

Wat is het tekstverband?
Aardappelen moet je bereiden bijvoorbeeld door te koken.
A
opsommend
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend
D
uitleggend

Slide 29 - Quiz

Gebruiksaanwijzing voor het instellen van de hoogte.
Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 30 - Quiz

De ballenbak is uitsluitend bestemd voor kinderen tot 6 jaar.
Wat is het leespubliek?

Slide 31 - Open question

Wat is geen goede titel van een tekst?
A
Hier volgen enkele voorbeelden.
B
Ik sluit af met mijn mening.
C
Dit was mijn laatste argument.
D
Nooit meer slapen.

Slide 32 - Quiz

Wat is het tekstverband?
Naast zwemmen ga ik ook nog mountainbiken.
A
opsommend
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend
D
uitleggend

Slide 33 - Quiz

Ik sta in een boekhandel en ik wil een boek kopen. Welke leesstrategie pas ik toe?
A
Nauwkeurig lezen
B
Studerend lezen
C
Verkennend lezen
D
Onderhoudend lezen

Slide 34 - Quiz