2KB2

WELKOM
3 Kader
Welkom 2KB2

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

WELKOM
3 Kader
Welkom 2KB2

Slide 1 - Slide

Afspraken
  • Mobiel in de bak.
  • Als de docent praat, luisteren we.
  • Als we iets willen zeggen of antwoord geven, steken we onze hand op.
  • We luisteren als een medeleerling een vraag stelt.
  • We doen mee in de les.
  • We maken ons huiswerk.

Slide 2 - Slide

Programma van de les 2KB2 9 mei
Programma:

  • Aanwezigheid
  • Lastige werkwoorden huiswerk
Lesdoel:

Ik kan lastige werkwoorden goed spellen.
Ik kan aan een tekst zien voor welk publiek de tekst is bedoeld.

Slide 3 - Slide

Allereerst...
Is iedereen aanwezig?

Slide 4 - Slide

Huiswerk
Maak de startopdracht en 1 t/m 6 en 9
Taalverzorging Spelling 
Over lastige werkwoorden
Hoofdstuk 5

Slide 5 - Slide

Hoofdstuk 5
Taalverzorging
Lastige werkwoorden

Slide 6 - Slide

Lastige werkwoorden
Nieuw Nederlands 6e editie

H5. Taalverzorging - Spelling
Over lastige werkwoorden

Slide 7 - Slide

Leerdoelen
  • Je leert de werkwoorden die beginnen met ge-, be-,ver-, ont-, her-, of over-   goed te spellen.

Slide 8 - Slide

Lastige werkwoorden
Sommige werkwoorden klinken als pv en als vd hetzelfde,
maar je schrijft ze niet hetzelfde.
Lastige werkwoorden die beginnen met:
ge-, be-, ver-, ont-, her-, over-.

PV > stappenplan van PV volgen.
VD > langer maken / 't ex kofschip

Slide 9 - Slide

Persoonsvorm in de t.t.

Slide 10 - Slide

Voltooid deelwoord -t of -d?
1. verlengproef: maak het woord langer, dan hoor je wat het moet zijn.

2. 't eX KoFSCHiP > Pak het hele ww, haal -en eraf. Staat de laatste letter in 'T eX KoFSCHiP? 
Ja? > voltooid deelwoord schrijf je met een  -t.
Nee? > voltooid deelwoord schrijf je met een -d.

Slide 11 - Slide

Tekst en publiek
Een schrijver wil meestal dat zijn tekst door een bepaalde groep mensen gelezen wordt: het publiek
Bijvoorbeeld: jongeren, voetbalfans, gamers, volwassenen. 

Een schrijver houdt bij het schrijven van de tekst rekening met het publiek.
  1. Onderwerp
  2. Taalgebruik
  3. Lay-out
  4. Bron

Slide 12 - Slide

Tekst en publiek
  • het onderwerp: een tekst over de gaafste achtbanen in Europa is bijvoorbeeld bedoeld voor jongeren. Een tekst over het schilderen van je huis is bedoeld voor volwassenen.

  • het taalgebruik: teksten voor jongeren hebben bijvoorbeeld veel moderne en nieuwe woorden en de lezer wordt meestal met ‘je’ aangesproken. In een tekst voor volwassenen wordt de lezer vaker met ‘u’ aangesproken.

Slide 13 - Slide

Tekst en publiek
  • de bron: een tekst in Bobo is voor kinderen bedoeld, een tekst in 7Days voor jongeren en een tekst in het tijdschrift LINDA. voor volwassen vrouwen.
  • de lay-out (opmaak): in tijdschriften en op websites voor jongeren zie je veel illustraties, grote koppen, veel kleuren en lettertypen. Ingewikkelde teksten voor volwassenen zien er vaak saaier uit dan teksten voor jongeren.

Slide 14 - Slide

Opdracht
Je krijgt nu een aantal tijdschriften te zien. Aan jou de taak om aan te geven voor welk publiek het tijdschrift is geschreven.

Let op: 
  1. het onderwerp
  2. taalgebruik
  3. de bron
  4. de lay-out (hoe ziet de tekst eruit)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Voetbal International
Voor iedereen die geïnteresseerd is in voetbal.


Waaraan kun je dat zien?
  • het onderwerp
  • Lay-out
  • taalgebruik

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Tina
Voor jonge meiden


Waaraan kun je dat zien?
  • Het onderwerp
  • Lay-out
  • taalgebruik
  • Bron

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Plus
Voor mannen en vrouwen boven de vijftig jaar


Waaraan kun je dat zien?
  • Het onderwerp
  • Lay-out
  • taalgebruik
  • Bron

Slide 21 - Slide

Tekst en publiek
Voor wie de tekst is bedoeld, kun je altijd zien aan: 
- onderwerp
- bron 
- taalgebruik
- lay-out

Alle vier heb je nodig om te checken voor welk publiek een tekst is geschreven.

Slide 22 - Slide

Zelfstandig werken
Wat ga je doen?

opdracht 1 t/m 5 op blz. 142-147.
Hoofdstuk 6 Lezen: over tekst en publiek.

Dit is huiswerk voor de volgende les. 

Slide 23 - Slide

Einde les

Slide 24 - Slide