B1C Herhaling hoofdstuk 3

Vandaag
Formatieve toets (oefentoets)
Meerkeuze vragen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Vandaag
Formatieve toets (oefentoets)
Meerkeuze vragen

Slide 1 - Slide

Thailand heeft het klimaat van
A
een savanne
B
een steppe
C
een tropisch regenwoud
D
een woestijn

Slide 2 - Quiz

In het tropisch regenwoud: Welke uitspraak is fout.
A
Kan 's nacht koud worden
B
Regent het vaak
C
Leven veel wilde dieren
D
Het is erg vochtig

Slide 3 - Quiz

In Thailand wordt het volgende gewas vaak verbouwd:
A
Graan
B
Maïs
C
Rijst
D
Soja

Slide 4 - Quiz

Cultuur
A
is wat je godsdienst je leert
B
is alles wat van je ouders leert
C
is alles wat op school hebt geleerd
D
is alles wat je hebt aangeleerd

Slide 5 - Quiz

Wat hoort niet bij cultuur
A
taal
B
godsdienst
C
kleding
D
klimaat

Slide 6 - Quiz

De meeste mensen in Thailand zijn
A
moslim
B
boedhist
C
christen
D
taoïst

Slide 7 - Quiz

Een volk is
A
een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont en dezelfde cultuur heeft
B
een groep mensen die binnen dezelfde grenzen woont
C
een groep mensen die dezelfde politieke leider of koning heeft
D
een groep mensen die hetzelfde geloof hebben

Slide 8 - Quiz

Naast Thai wonen er in Thailand veel
A
Japanners
B
Chinezen
C
Indonesiërs
D
Vietnamezen

Slide 9 - Quiz

Een schiereiland
A
heeft aan drie kanten zee
B
was vroeger een eiland en nu niet meer
C
is een eiland bij vloed
D
heeft geen havens.

Slide 10 - Quiz

Welke uitspraak is niet waar
A
ZO Azië is multicultureel
B
Er zijn geen katholieken
C
Er zijn veel eilanden
D
Hindoeïsme vind je niet in Cambodja

Slide 11 - Quiz

Welke uitspraak is niet waar voor ZO Azië?
A
De chinezen wonen vaak in Chinatowns
B
De chinezen brachten het hindoeïsme
C
Arabische handelaren brachten de Islam
D
Mensen uit India brachten het Boeddhisme

Slide 12 - Quiz

11 'Nieuwe' Staten: welke uitspraak is waar voor ZO Azië
A
Nederland stichtte het land Thailand
B
De Europese kolonisten brachten grondstoffen
C
Het samenleven van verschillende culturen levert problemen op
D
Vanwege de culturele verschillen werken landen niet samen

Slide 13 - Quiz

Rijkdom en armoede kan je herkennen. Welke uitspraak is fout.
A
Door te kijken naar kleding.
B
Door te kijken naar de wegen.
C
Door te kijken naar de huizen en gebouwen.
D
Door te kijken naar de biodiversiteit

Slide 14 - Quiz

Je kan rijkdom en armoede ook meten met getallen. Welke uitspraak is fout
A
Je kijkt of er honger is.
B
Je kijkt of er genoeg docenten zijn.
C
Je kijkt hoe groot de bevolking is.
D
Je kijkt of er genoeg artsen zijn.

Slide 15 - Quiz

Wat is niet waar
A
Inkomen is een belangrijk ontwikkelingskenmerk
B
De koopkracht zegt wat je met geld kan kopen.
C
Basisbehoefte is wat iedereen nodig heeft om redelijk te leven
D
Het inkomen per inwoner en de basisbehoeften zeggen niets over het ontwikkelingspeil ve gebied

Slide 16 - Quiz

Het ontwikkelingspeil in ZO Azië.
Welke uitspraak is niet waar.
A
Er zijn rijke landen, groeilanden en ontwikkelingslanden
B
Thailand is een groeiland
C
Singapore is een rijk land
D
Brunei is een ontwikkelingsland

Slide 17 - Quiz