leerjaar 1 C: familie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom!

Doe je jas uit, tas van tafel.

Log in bij Lessonup. Pak je boek, schrift, mapje , leesboek en een pen.

Wees stil, dan kunnen we beginnen.

Pak je leesboek. We beginnen met 10 minuten stillezen.

Lesdoelen

• Ik ken de begrippen: hoofdpersonen, karaktereigenschap en uiterlijke kenmerken.
• Ik kan deze begrippen koppelen aan mijn boek.

• Verwijswoorden 

Vorige les

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 

Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.

Er kunnen meerdere verwijswoorden goed zijn als antwoord. 

Vera doet het trucje voor.    ________  zegt:

‘Zo moet je ________ doen.’

deze

die

dit

dat

hij

zij

het

Hoofdpersoon

• Over de hoofdpersoon weet je het meest.
  
• Je weet wat de hoofdpersoon voelt en denkt.
  
• Je beleeft het verhaal vanuit de hoofdpersoon.
  
• De hoofdpersoon heeft een opdracht/probleem.

Karaktereigenschap

Hoe iemand is.

Bijvoorbeeld: vrolijk, slordig, grappig, lui of rustig.

Uiterlijke kenmerken

Hoe iemand eruitziet.

Bijvoorbeeld: lang, slank, bruine ogen en blond haar.

Noem een belangrijke karaktereigenschap van 'jouw' hoofdpersoon

Wat zijn de uiterlijke kenmerken van dit meisje?

Broergeheim blz. 

194- 195.

Of online onder

planning.

Samen lezen

Wat?

• C: familie opdr. 3

Hoe?

• Boek blz. 193-194
• Online > planning

Klaar? 

• Lezen in je leesboek
• Werken aan je schrijfdossier
• Numo

Heb je hulp nodig?

Kijk eerst naar het stoplicht.

 

Rood? Stil. 

Stel je vraag aan de docent (alleen als je echt niet verder kunt).

Geel? Fluisterniveau. 

Vraag diegene naast je.

Groen? Fluisterniveau. 

Vraag diegene naast je of de docent.

Aan het werk

Opdracht 3 blz. 193-194.

Luister goed naar elkaar.

Bespreken

Na deze les...

• Ken ik de begrippen: hoofdpersonen, karaktereigenschap en uiterlijke kenmerken.
• Kan ik deze begrippen koppelen aan mijn boek.

Doel

Ik vind het leuk om een boek te lezen.

😒🙁😐🙂😃

Wat vind je nog lastig?

Huiswerk

• Opdrachten afmaken die je nog niet af had.
• Neem voorbeelden mee van advertenties. Wat wil deze advertentie van je?