Waarom verandert het Nederlands?

Lesdoelen project
Aan het eind van het project ben je er meer van bewust dat de Nederlandse taal aan verandering onderhevig is en dat het ook in de toekomst zal blijven veranderen. 
1 / 37
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Lesdoelen project
Aan het eind van het project ben je er meer van bewust dat de Nederlandse taal aan verandering onderhevig is en dat het ook in de toekomst zal blijven veranderen. 

Slide 1 - Slide

De Nederlandse taal verandert. Huh? Wat zouden we daarmee bedoelen?

Slide 2 - Mind map

Dinsdag 5 maart 
Aan het eind van het project ben je er meer van bewust dat de Nederlandse taal aan verandering onderhevig is en dat het ook in de toekomst zal blijven veranderen. 

Aan het eind van de les heb je ervaren dat er op dit moment naast het ABN ook andere talen in het Nederlands worden gesproken. Hebben deze talen ook invloed op de ontwikkeling van de taal? 

Slide 3 - Slide

Zometeen gaan jullie kijken naar een filmpje over het Nederlands in de middeleeuwen.
Wat zouden verschillen kunnen zijn met het Nederlands van nu?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

'Ne stec dine hande niet in de spijse'
Steek je handen niet in het voedsel.

Wat zijn bijvoorbeeld veranderingen die hebben plaatsgevonden? (op basis van deze regel)

Slide 6 - Open question

Net als in het Duits zijn waren er in het Nederlands ook naamvallen. Daar zijn nog wel enkele overblijfselen van: de zogenaamde versteende uitdrukkingen.
'Te allen tijde' en 'ten anker liggen' zijn voorbeelden.

Wat denk je? Waarom zouden naamvallen veelal zijn verdwenen?

Slide 7 - Open question

Naar het project...
Uitleggen wat de bedoeling is.

Maak opdracht 1 t/m 3. 
timer
10:00

Slide 8 - Slide

De vorige les hebben jullie opdracht 1, 2 en 3 gemaakt. 
Nakijken.
In groepjes: waar lagen de problemen?
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Je hebt gezien dat de taal sinds de middeleeuwen nogal veranderd is. 


- Bepaalde woorden zijn veranderd (spijse -voedsel)
- Woorden hebben een andere betekenis gekregen (spijse - spijs en de afgeleide spijsvertering)
- De plaats van bv. een ontkenning is veranderd (ne...niet) i.p.v. niet

Slide 10 - Slide

timer
2:00
De taal verandert nog steeds. Welke zaken hebben daar invloed op?

Slide 11 - Mind map

De taal verandert nog steeds. Welke zaken hebben daar invloed op?
- Migranten
- Ontwikkelingen in de techniek
- Groepen in de samenleving: straattaal
- dialecten

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Blijven dialecten bestaan? Waarom wel niet?

Slide 14 - Open question

Wat ben je tot nu toe geweten gekomen over taal en de verandering ervan?

Slide 15 - Slide

Einde les

Slide 16 - Slide

Aan het eind van het project ben je er meer van bewust dat de Nederlandse taal aan verandering onderhevig is en dat het ook in de toekomst zal blijven veranderen. 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Artikel Lezen

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Is het mogelijk dat deze taal door iedereen gesproken wordt in de toekomst? Waarom wel/niet?

Slide 21 - Open question

Opdracht voor tweetallen
Beluister het fragement over de "Scoobies" nog eens. Welke woorden en hun betenissen haal je eruit? 
De teams:



Slide 22 - Slide

Wat weet je nu?
Je weet nu dat de taal ook nu nog veranderd en wordt beinvloed door verschillende factoren. 

Aan de slag met de opdracht. Maak opdracht 4 t/m 6

Slide 23 - Slide

Einde les

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Een denkertje (denkvraag). Mag je iemand die nooit meer met lood werkt wel een loodgieter noemen?

Slide 27 - Open question

Sommige woorden worden nog steeds gebruikt, maar kregen in de loop van de tijd een andere betekenis...
In 1997 luchtte een lezer in een brief zijn hart over het feit dat het woord ijskast zo vaak “misbruikt” wordt. Want ijskasten – het woord zegt het al – dateren uit de tijd dat de apparaten nog niet op elektra werkten; het woord ijskast is voor het eerst in 1897 aangetroffen. Om de ijskast koel te houden, gebruikte men destijds een zogeheten ijsbrood. En, zo vond die lezer, het gaat niet aan dit woord te gebruiken voor kasten die met koelvloeistof koelen – koelkast is daarvoor de enige juiste aanduiding.

Bron: https://www.nemokennislink.nl/publicaties/natuurlijke-verschuivingen/

Slide 28 - Slide

Nog een voorbeeld: woorden krijgen een andere betekenis.
Veel van dit soort ergernissen hebben betrekking op woorden die van huis uit een vastomlijnde betekenis hadden, maar daarnaast ook naar iets vagers zijn gaan verwijzen. Neem het woord uniek. Een lezer van Onze Taal zag een advertentie waarin “2 unieke vrij- staande villa’s” werden aangeboden, en dat schoot hem in het verkeerde keelgat. Dat is een contradictio in terminis, oordeelde de lezer: zodra er meer dan één exemplaar van iets is, is het per definitie niet uniek meer. Een ander voorbeeld van betekenisvervaging is verschillende. Iemand schreef dat het hem was opgevallen dat dit woord vaak wordt gebruikt als synoniem voor ‘een paar, enkele’, zonder dat er van enig verschil sprake hoeft te zijn.

https://www.nemokennislink.nl/publicaties/natuurlijke-verschuivingen/

Slide 29 - Slide

Sommige wetenschappers pleitten ervoor om alle woorden maar een betekenis te geven. Wat zou daar een nadeel van zijn?

Slide 30 - Open question

Racisme in ons taalgebruik: ‘Witte Nederlanders moeten elkaar corrigeren’
We zijn ons niet altijd bewust van bepaald taalgebruik. Ook niet van taalgebruik dat anderen kan kwesten. 

Ons taalgebruik zit vol sluimerend racisme. Woorden als ‘moorkop’ en ‘neger’ hebben we tamelijk succesvol uitgebannen, maar daarmee is het probleem nog niet opgelost. Hoe krijgen we onze taal vrij van vooroordelen? ‘Witte Nederlanders moeten elkaar gaan corrigeren.’

Bron: https://www.parool.nl/nederland/racisme-in-ons-taalgebruik-witte-nederlanders-moeten-elkaar-corrigeren~b9cc690b/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.nl%2F

Slide 31 - Slide

Wat vind jij van woorden als 'moorkop' en 'negerzoen'?

Slide 32 - Open question

Ook op dit gebied...
verandert de taal dus en is constant in ontwikkeling. We hebben nu gezien dat een een veranderende taal veroorzaakt kan worden doordat de structuur van de zinnen, de spelling en de betekenis veranderen. Ook verandert een taal door de invloed van dialecten en door het gebruik van straattaal (dat mede ontstaat door taalgebruikers met bv. een migratie-achtergrond).

Slide 33 - Slide

Aan de slag

Afspreken wanneer de overtuigende tekst wordt gemaakt. Wanneer moet het bouwplan zijn ingeleverd? 

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Wat gaan we vandaag doen?
Lezen
Een datum afspreken waarop de overtuigende tekst gemaakt gaat worden. 
Een bouwplan voor een overtuigende tekst maken. Eventueel eerst uitleggen hoe het ook alweer moest. 
Weer lezen. 

Slide 36 - Slide

Mogelijke stellingen:
Ik vind het prima dat er steeds meer Engelse woorden in het Nederlands worden opgenomen.
Een dialect is een overbodige  'taal' . Het is veel beter dat iedereen Nederlands spreekt.
OVer 500 jaar vindt iedereen het Nederlands van nu te moeilijk.

Slide 37 - Slide