Les 3: De verleden tijd van sterke werkwoorden

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

  • Telefoon in de telefoontas;
  • Ga zitten op je eigen plek;
  • Pak je spullen voor je;


  • De les begint.


timer
3:00

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
- 10 minuten lezen
- Huiswerk bespreken
- Huiswerk nakijken
- Uitleg
- Aan de slag
- Huiswerk en afsluiting


Slide 3 - Slide

Lezen
10 minuten lezen

Slide 4 - Slide

Huiswerk bespreken
Opdracht 3 (blz. 137)

Slide 5 - Slide

Huiswerk nakijken
Opdracht 1, 3 en 4 (blz. 136 en 137)

Slide 6 - Slide

Lesdoel
  • Je kunt sterke werkwoorden op een juiste manier schrijven in de verleden tijd (pvvt).

Slide 7 - Slide

Sterke werkwoorden
Sterke werkwoorden -> veranderen van klank in de verleden tijd 

Lopen-liepen
zwemmen-zwommen

Slide 8 - Slide

pvvt
Wanneer schrijf je een -d en wanneer een -t bij sterke werkwoorden?

Je maakt het werkwoord in de verleden tijd langer:
doen -> deden -> hij deed
zitten -> zaten -> hij zat


Slide 9 - Slide

pvvt
  • In de verleden tijd schrijf je nooit -dt. 



Slide 10 - Slide

Aan de slag
Wat: Opdracht 1, 2 en 3 (blz. 162 en 163)
Hoe: Zelfstandig
Hulp: Geen
Tijd: 5 minuten

Slide 11 - Slide

Aan de slag
Wat: Opdracht 1, 2 en 3 (blz. 162 en 163)
Hoe: Zelfstandig 
Hulp: Vraag degene naast je of steek je hand op 
Tijd: Tot het einde van de les

Klaar?: Ga lezen in je leesboek




Slide 12 - Slide

Lesdoel
  • Je kunt sterke werkwoorden op een juiste manier schrijven in de verleden tijd (pvvt).

Slide 13 - Slide

Huiswerk
- Leren: Theorie op blz. 162 + schema werkwoordspelling
- Maken: Opdracht 1, 2 en 3 (blz. 162 en 163)
- Meenemen: Een leesboek




Slide 14 - Slide