Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen.
Telefoon op stil in je kluis.
Rustig binnen komen
Op je plaats gaan zitten
Tas op de grond jas in de kluis
Spullen open voor
Welkom, kom rustig binnen,
Je hebt je laptop vandaag niet nodig.
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
This lesson contains 23 slides, with text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
timer
4:00
Leerdoel:
Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen.
Telefoon op stil in je kluis.
Rustig binnen komen
Op je plaats gaan zitten
Tas op de grond jas in de kluis
Spullen open voor
Welkom, kom rustig binnen,
Je hebt je laptop vandaag niet nodig.
Slide 1 - Slide
Programma
Lezen paragraaf 2.3
Instructie practicum
Uitvoeren practicum
Opruimen practicum
Nabespreken practicum
Huiswerk
Slide 2 - Slide
Massa en volume
Slide 3 - Slide
Massa en volume
Leerdoel
Ik kan de massa en volume bepalen en berekenen van een hoeveelheid stof (vast en vloeibaar) met een regelmatige (rechthoekige) of een onregelmatige vorm.
Slide 4 - Slide
Massa en volume
Een hoeveelheid stof afmeten
Er zijn verschillende manieren om stoffen af te meten.
Slide 5 - Slide
Massa en volume
Een hoeveelheid stof afmeten
Er zijn verschillende manieren om stoffen af te meten.
Voor vaste stoffen is een weegschaal handig.
Slide 6 - Slide
Massa en volume
Een hoeveelheid stof afmeten
Er zijn verschillende manieren om stoffen af te meten.
Voor vaste stoffen is een weegschaal handig.
Voor vloeistoffen kun je beter een maatbeker of maatcilinder gebruiken.
Slide 7 - Slide
Massa en volume
Massa
Met een weegschaal kun je de massa van een voorwerp of een hoeveelheid stof bepalen.
Slide 8 - Slide
Massa en volume
Massa
Met een weegschaal kun je de massa van een voorwerp of een hoeveelheid stof bepalen.
Je meet de massa (m) in gram (g) of kilogram (kg).
1 kg = 1000 g
Slide 9 - Slide
Practicum
Proef 4 en proef 5
lees het practicum goed door.
pak de benodigdheden voor de proef
voer het practicum stap voor stap uit.
beantwoord alle vragen.
ruim het practicum weer op
lever je blaadje in
Slide 10 - Slide
Afsluiting
Nabespreken practicum:
Wat heb je geleerd?
Huiswerk:
Maak de opgaven van paragraaf 2.3
volgende les:
Volume bepalen
Slide 11 - Slide
timer
4:00
Leerdoel:
Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen.
Je kunt het volume van een onregelmatig voorwerp bepalen
Telefoon op stil in je kluis
Rustig binnen komen
Op je plaats gaan zitten
Tas op de grond jas in de kluis
Spullen open voor
Welkom, kom rustig binnen,
Laat je laptop nog even in je tas.
Slide 12 - Slide
Programma
Terugblik
Instructie practicum
Uitvoeren practicum
Opruimen practicum
Nabespreken practicum
Huiswerk
Slide 13 - Slide
Massa en volume
Volume
Met een maatcilinder kun je het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
Slide 14 - Slide
Massa en volume
Volume
Met een maatcilinder kun je het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
Je meet het volume (V) in liter (L) of milliliter (mL).
1 L = 1000 mL
1 L = 1 dm3
1 mL = 1 cm3
Slide 15 - Slide
Massa en volume
Het volume van regelmatige voorwerpen
Voorwerpen nemen ruimte in: ze hebben volume.
Het volume van een regelmatig voorwerp kun je berekenen met de formule:
Volume = lengte x breedte x hoogte
Of: V = l x b x h
Slide 16 - Slide
Massa en volume
Het volume van regelmatige voorwerpen
Voorwerpen nemen ruimte in: ze hebben volume.
Het volume van een regelmatig voorwerp kun je berekenen met de formule:
Volume = lengte x breedte x hoogte
Of: V = l x b x h
Slide 17 - Slide
Massa en volume
Het volume van regelmatige voorwerpen
Voorwerpen nemen ruimte in: ze hebben volume.
Het volume van een regelmatig voorwerp kun je berekenen met de formule:
Volume = lengte x breedte x hoogte
Of: V = l x b x h
V = l x b x h = 10 x 2 x 2 = 40 cm3
Slide 18 - Slide
Massa en volume
Het volume van onregelmatige voorwerpen
Het volume van een onregelmatig voorwerp kun je berekenen met de onderdompelmethode:
V = eindstand - beginstand
Slide 19 - Slide
Massa en volume
Het volume van onregelmatige voorwerpen
Het volume van een onregelmatig voorwerp kun je berekenen met de onderdompelmethode: