This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Tijd rekenen
Eenheden van tijd
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
Je kent de meest gebruikte eenheden van tijd
Je kunt met de eenheden van tijd rekenen
Je kunt tijdseenheden omrekenen
Slide 2 - Slide
Eenheden van tijd
• 1 millennium = 1000 jaren
• 1 eeuw = 100 jaren
• 1 jaar = 4 kwartalen
• 1 jaar = 12 maanden
• 1 jaar = 52 weken
• 1 jaar = 365 dagen
• 1 kwartaal = 13 weken
• 1 week = 7 dagen
• 1 dag = 24 uren
• 1 uur = 60 minuten
• 1 minuut = 60 seconden
Slide 3 - Slide
Schrikkeljaar
Waarom hebben we een schrikkeljaar?
Hoe vaak komt dat voor?
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Samenvatting Schrikkeljaar
Een jaar heeft 365 dagen. Elke vier jaar hebben we een schrikkeljaar. Februari heeft in een schrikkeljaar 29 dagen in plaats van 28. Een schrikkeljaar heeft dus 366 dagen.
Uitzondering: de eeuwjaren die niet deelbaar zijn door 400 zijn geen schrikkeljaren. Dus het jaar 2100 is géén schrikkeljaar en het jaar 2000 was wél een schrikkeljaar.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Hoeveel dagen heeft oktober?
A
30
B
31
Slide 8 - Quiz
Hoeveel dagen heeft maart?
A
30
B
31
Slide 9 - Quiz
Hoeveel dagen heeft juni?
A
30
B
31
Slide 10 - Quiz
Marina is vorige maand bevallen van een dochtertje De dochter van Marina is 20.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quiz
Waar!
Marina is vorige maand bevallen van een dochtertje
Is de volgende bewering waar of niet waar?
De dochter van Marina is 20.
WAAR, als je weet dat het geen 20 jaar is, maar 20 dagen.
Slide 12 - Slide
Tijdseenheden omrekenen
3,75 uur = 3 uur en 75 minuten.
Klopt dit?
Even narekenen:
3,75 uur = 3 uur en 75 min
Maar 75 min = 1 uur en 15 min
3, 75 uur = 3 uur + 1 uur en 15 min = 4 uur en 15 minuten
Dit klopt NIET. Maar hoe moet het dan wel?
Slide 13 - Slide
Tijdseenheden omrekenen
3,75 uur = ... uur en .... minuten
Er zitten 3 uren in:
3,75 uur = 3 uur en ... minuten
Dan is er nog 0,75 uur over om minuten van te maken.