What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Klas 4 - Chapitre 2 - herhaling grammaire
L'adverbe
1 / 11
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
11 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
L'adverbe
Slide 1 - Slide
Koppel de kenmerken aan de juiste woordsoort.
bijvoeglijk
naamwoord
bijwoord
zegt iets over een zelfstandig naamwoord
kan mannelijk, vrouwelijk, enkelvoud en meervoud zijn
zegt iets over een werkwoord, een bijwoord of een bijvoeglijk naamwoord
heeft veel uitzonderingen
maak je meestal met -ment
onregelmatige vormen: bien, mieux, mal, vite
Slide 2 - Drag question
L'adverbe
L'adjectif masculin
L'adjectif féminin
L'adverbe
grand
grand
e
grande
ment
-i poli
poli
ment
-u absolu
absolu
ment
-é obstiné
obstiné
ment
-ant brill
ant
brill
amment
-ent intellig
ent
intellig
emment
Slide 3 - Slide
L'adverbe - onregelmatig
L'adjectif
L'adverbe
Vertaling
bon
bien
goed / lekker
meilleur
mieux
beter
mauvais
mal
slecht
gentil
gentiment
aardig / vriendelijk
long
longtemps
lang
rapide
vite / rapidement
snel
Slide 4 - Slide
L'adverbe - onregelmatig
Adverbes
die niet worden gemaakt met een
adjectif
:
beaucoup
veel
très
erg
souvent
vaak
parfois
soms
trop
te veel
Slide 5 - Slide
Pouvoir, décrire, servir
pouvoir décrire servir
Slide 6 - Slide
Sleep de juiste vervoegingen naar de kaartjes.
pouvoir
décrire
servir
tu, pouvoir
conditionnel
je, décrire
futur simple
il, servir
présent
ils, pouvoir
imparfait
nous, décrire
passé composé
vous, servir
présent
pouvaient
pourrais
sert
décrirai
servez
avons décrit
Slide 7 - Drag question
L'emploi du passé composé
et de l'imparfait
Les dominos
tombaient
,
alors il en
a enlevé
un.
Slide 8 - Slide
Passé composé VS imparfait
Passé composé
gebeurtenis uit het verleden
wat iemand gedaan heeft
Hier,
je suis allée
au cinéma avec mon petit frère.
D'abord
on a acheté
les billets, après
on a regardé
le film.
Geeft antwoord op de vraag: 'en toen?'
Het gaat om een afgesloten gebeurtenis
begin en eind zijn duidelijk
Slide 9 - Slide
Passé composé VS imparfait
Passé composé
Imparfait
gebeurtenis uit het verleden
wat iemand gedaan heeft
hoe het in het verleden was
Avant,
je faisais
du foot deux fois par semaine.
Slide 10 - Slide
Oefentoets
Slide 11 - Slide
More lessons like this
H4 [BLOKUUR] Chapitre 2 - herhalingsles grammatica
June 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 [BLOKUUR] Chapitre 2 - herhalingsles grammatica
August 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 [BLOKUUR] Chapitre 2 - herhalingsles grammatica
17 days ago
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 [BLOKUUR] Chapitre 2 - herhalingsles grammatica
January 2023
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 [BLOKUUR] Chapitre 2 - herhalingsles grammatica
April 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
chapitre 2 grammaire ABC 4 havo
January 2023
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
chapitre 2 grammaire ABC 4 havo
17 days ago
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 - Chapitre 2 - Grammaire B
December 2021
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4