Nederlands e-mail schrijven

Startopdracht
Pak je schrift.
Ga opzoek naar briefjes in het lokaal.
Schrijf de zin in je schrift.
Zet erbij formeel of informeel. 
timer
5:00
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Startopdracht
Pak je schrift.
Ga opzoek naar briefjes in het lokaal.
Schrijf de zin in je schrift.
Zet erbij formeel of informeel. 
timer
5:00

Slide 1 - Slide

Startopdracht
Bespreek in tweetallen de antwoorden.
Is er nog een zin waar je niet uitkomt? 

Slide 2 - Slide

Programma
Startopdracht
Instructie e-mail 
Oefeningen e-mail
Zelfstandig werken
Afsluiting 

Slide 3 - Slide

Doel 
- Je kunt de juiste aanhef en afsluiting in een mail toepassen.
- Je kunt de opbouw van een mail uitleggen.
- Je kunt de punten van de opdracht verwerken in een mail. 

Slide 4 - Slide

Wie schrijft er wel eens een        e-mail?

Slide 5 - Slide

informeel - formeel?
Stel je gaat een mail sturen naar een restaurant om te vragen of je jas er nog ligt. 

Slide 6 - Slide

E-mail sturen
Leg uit waarom je de mail stuurt.
Beschrijf je jas, noem minimaal twee punten.
Geef aan wat er in de jaszakken zit. 
Sluit af met een vraag. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Je stuurt je vriend een mailtje over een schoolopdracht. Welke aanhef gebruik je?
A
Hoi
B
Geachte

Slide 9 - Quiz

Je stuurt de gemeente een mailtje. Welke afsluiting gebruik je?
A
Met vriendelijke groet
B
Doei

Slide 10 - Quiz

Zou u mij kunnen vertellen hoelang de reparatie duurt? Ik hoor graag van u.

In welk onderdeel van een e-mail zou deze zin voorkomen?
A
inleiding
B
kern
C
slot

Slide 11 - Quiz

Voor mijn opleiding ben ik opzoek naar een stageplek. Op stagemarkt kwam ik jullie bedrijf tegen.

In welk onderdeel van een e-mail zou deze zin voorkomen?
A
inleiding
B
kern
C
slot

Slide 12 - Quiz

Belangrijk e-mail
- Formeel of informeel?
- Aanhef en afsluiting
- Inleiding, kern, slot
- Alle punten vanuit de opdracht?

Slide 13 - Slide

Aan de slag!
Wat: je maakt het invulwerkblad samen met docent óf zelfstandig opdracht 1 uit de reader.
Op welke manier: zelfstandig of samen met klasgenoot.
Klaar: schrijfopdrachten uit de reader. 
Hulp: eerst van je klasgenoot, daarna docent.
Uitwerking: het invulwerkblad of opdracht 1 uit de reader.
Tijd: 20 minuten.

timer
20:00

Slide 14 - Slide

Nakijken
Is er iemand die zijn of haar mail wil delen? 

Slide 15 - Slide

Afsluiting 
Kraak de code! 



timer
5:00

Slide 16 - Slide

Vooruitblik
Dinsdag verder met e-mails schrijven. 



Slide 17 - Slide